Lieve allemaal, als mienister van gefoelige saake heb ik eerst even een woordje. Dees keer gaat het om Zooka van Binti en Zooka. Haar poot is ziek en nou moet ze naar de witte jas. Haar poot is heel erg ziek en het is beter als de poot er niet meer is. Dees is ongeloofelijk zwaar en moeilijk voor Zooka, Binti en hun vrouw. Wij denke aan jullie en ik geef zachte herstelkopjes dat je geen pijn hebt en dat je weer opknapt.
Stoer en dapper
Fandaag heb ik een speesjaal verhaal. Ik heb iets meegemaakt en het was stoer en dapper. Ik was in mijn tuintje want nou is het elke dag lekker weer. Dan wil ik ook gewoon altijd naar buiten. In mijn tuintje staan van alle soorten planten, bloemen en zelfs een boom. Ik vind het kei lekker om in mijn tuintje rond te struinen tussen de bloemen. Dan snof ik aan de bloemen en zie ik bijtjes zoemend in de bloem kruipen. Die vinden dat kei lekker. Ik ben geen bij maar ik vind bloemen snoffen ook leuk. En al helemaal als er een zonnetje op mijn lijf schijnt want dat is lekker warm.
Mijn mensen hadden afgesproken met woorden dat ze gingen barbekjuwe. Dat is wanneer er een grote pan buiten komt en dan doen ze daar hun eete op bakken. Mijn vrouw was er natuurlijk ook bij. Ik vind dees niet zo erg want ik kan dan lekker buiten blijven en als er iets valt, zoals kip of zo, dan ben ik er heel snel bij. Meestal hoef ik maar een mauw te geefe aan mijn manspersoon of een hengel met mijn poot. Dan weet hij van: ‘Brammie wil lekkers van de barbekjuw’. Dat heet sjarme en ik doe dat altijd. Daar ben ik kater voor geworden.
Geuren
Nu was het zo dat er kei lekkere geuren van de barbekjuw afkwamen. Ik rook iets wat op kip leek maar ook weer niet en het had een geur van ‘ik wil in je bijten’. Ik heb er nog geen woorden voor gevonden. Wanneer ik die heb, dan deel ik het met jullie. Ik was dus aan het zeuren om lekkers. Mijn manspersoon zegt altijd het ‘schooien’ is. Nou ik vind van niet. Ik vraag gewoon vriendelijk met sjarmes om wat lekkers. En toen gebeurde er iets. Mijn manspersoon legde zijn grijp ding weg en liep naar mij toe. Ik dacht echt dat ik wat lekkers kreeg. Pakte hij me ineens op en plante zomaar kusjes op mijn kop!
In de boom
Daarna liepen we naar de notenboom en hoppa, daar ging Bram! Ineens zat ik zo in de boom. Mijn manspersoon zette mij gewoon in de boom. Dat heb ik nog nooit meegemaakt. Ik zat daar ineens. Bram in de boom. Kun je het voorstellen? Ik zat daar en ik wist geeneens wat ik moest doen. Normaal zeur ik dat ik de boom in wil en nou zat ik daar. En toen zag ik over de schutting dat er andere schuttingen waren en dat er aan de overkant ook bomen zijn. Toen werd ik ineens nieuwsgierig. Ik zag struiken met van die rode bollen eraan en struiken met witte bloemen. Er was een mens met een woef en een grote boom die aan het swaaie was met zijn takken. En die dacht misschien dat ik hem niet zag want hij swaaide kei hard met zijn takken. Dat vond ik een beetje eng. Ik swaai ook wel maar niet zo hard. En ik heb geen takken.
Uit de boom
En toen kwam er ineens een grote brul wagen op mij af! Zo eentje die de bakken leegmaakt. Hij kiept alles in zijn bek alsof hij altijd honger heeft. Ik vind die eng want hij slokt alles op. Ook mijn billen als hij de kans krijgt. Je snapt het al, ik wilde die boom uit. Ik was niet meer nieuwsgierig, ik was bang. Maar hoe doe je dat, de boom uit? Ik draaide met mijn kop links en met mijn lijf naar rechts en dat deed ik ook andersom maar het lukte met niet. Ik wist één ding, ik wilde die boom uit. Het was eefe nadenke.
Uit de boom is beneden dus Bram, kop naar beneden. Poote naar beneden en dan kijken of je er uit kunt springen of iets. Daar hang je dan weer, onderste boven en niet wetend hoe ik de boom uit moest. Mijn manspersoon kwam naar me toe want hij zag dat ik bang was en niet wist hoe ik uit de boom moest. Hij gaf een tik tegen mijn billen en daar ging ik, PLOF!, zo de boom uit. Met mijn opgezette fluffige staart rende ik gauw naar binnen! Mijn billen krijgt hij niet. Ik hoef niet meer in die boom hoor. Ik blijf liever binnen tot ik zeker weet dat de wagen weg is.
Fanavond doe ik binnen swaaien naar onze sterre. Ik tetter mee voor freede en ik geef iedereen een kopje die het nodig heeft. Fijn wiekent allemaal!