Categorie archieven: Tjilla, Tjessi en Tjaiia

Waarom ik van de krant wilde eten (filmpje)

Ik had de hele tijd zitten wachten op mijn wiekentsnek en eindelijk ging ze naar de keuken. Toen ze het bordje voor me neerzette, wist ik het meteen. Foute boel.

Bord

Nou moet ik zeggen dat als je samenwoont je dingen voor elkaar doet en laat. Dat is gewoon zo.  Zij houdt van borden en die moeten bloemen hebben en goud en al die dingen meer. Is een vrouwendingetje. Mij maakt het niet uit.

Nou ja, ik kreeg een keer soep in een bord met gaten toen dacht ik wel waar is ze mee bezig. Dat is gelukkig maar één keer gebeurd. Verder eet ik van het bord dat ze neerzet. Ik een snek, zij dat bord, ik zeg win-win. Maar zondag voelde ik: nee.

Oer

Er kwam weer zo’n bordje en daar lag een zalm kauwstaaf op. Lekker spul. Had ik al een hele tijd niet gehad. Dus ik voelde meteen trek. Ik keek naar het bord. Eten kon niet.

Kauwstaaf is voor het oer in de katerman. Zo erfaar ik dat. Je tanden ergens in en dan flink kauwen en dan voelen dat je wat kunt. Met soep heb ik dat gefoel niet. Met kauwstaaf wel. Kauwstaaf eet je van de krant, dat weet iedereen. Zij ook. Waarom dan toch een bordje met bloempjes en goud? Serieus, vrouwen snap ik soms niet.
Zo kon ik het toch niet eten.

Krant

Gelukkig snapte ze me best snel. Ze ging naar de keuken en haalde daar een krant. Die legde ze op het tapijt en toen kreeg ik de staaf stukje voor stukje, precies zoals ik het graag heb. En serieus, het was een superlekkere wiekentsnek.

Alleen toen ik het bijna op had, kwam toch weer even dat bordje. Waarom, denk je dan als huiskater, waarom? Ik at niet. Ze gaf het laatste stukje gewoon op de krant.

Het leven kan zo gemakkelijk zijn, maar dan moet je het niet moeilijk maken.

De wiekentsnek was super (hele film)


“Ik heb nieuwe kupjes voor je,” riep mijn vrouw uit de keuken. “Van Voske.” Nou ik stond meteen klaar.

Wachten

Het is elk wiekent spannend wat voor snack ik krijg. Soms moet ik er zo heel erg lang op wachten dat ik denk ze is het vergeten. Dan ga ik maar slapen. En als ik wakker word, denk ik weer aan de wiekentsnek. Het is best fijn om huiskater te zijn maar persoonlijk vind ik het wachten op iets moeilijk. Zeker als het om lekker eten gaat.

Kupje

En net als je denkt nou is ze het echt vergeten, komt het. Ze riep. Van Voske heb ik al eerder die kupjes gehad en dat was superlekker. En nou een andere smaak nou ik was benieuwd. Ze zette het bordje neer en ik rook en dacht: wat heb ik gemist.

Het was gewoon tonijn. Kende ik al.

Maar klagen wilde ik niet. Ik at tot ik niet meer kon en toen ging ik mezelf wassen.

Anders

Kijk van mezelf hou ik niet van verandering. Het liefste heb ik alles hetzelfde als de dag ervoor en de dag erna, dan weet ik zeker dat alles in orde is en veilig. Maar ik heb ook ontdekt dat een verandering een verbetering kan zijn. Soms krijg ik een nieuwe snek en die is dan lekkerder dan de andere. En toen ik voor het eerst Almo Kip kreeg, was dat ook een verandering maar wel een superlekkere. Dus heel misschien ben ik nou een beetje nieuwsgierig naar veranderingen. Iets dat anders is.

Maar dat was dit niet. Tonijn kende ik al. Het is lekker, ruikt goed, eet prima. Het is een snek dus je eet en dan weet je dat je straks nog je avondeten op krijgt. Is ook belangrijk. Het kan kip zijn dat moet ik afwachten.

Alleen die kupjes ik weet het niet. Het was anders en gewoon tegelijkertijd. Dat is verwarrend voor een seniorkaterman als ik.

Deze wiekentsnek kon ik geeneens helemaal op (hele film)

Ik rook het al meteen. Een nieuwe wiekentsnek en deze keer een hele goede. “Het is tonijn,” zei mijn vrouw. Wist ik al.

Tonijn

Ik hou veel van tonijn maar niet van alle tonijn. Sinds ze thuis is overgegaan op natuurvoeding – vooral voor mij dus – heb ik heel veel nieuwe sneks en maaltijden met tonijn geproefd. Dus ik weet dat tonijn elke keer weer anders smaakt. Het ene is echt dat je zegt bleeeh. Dit is het andere.

Geur

Ze was een hele tijd bezig in de keuken, wegens dat het een stevig stuk was, zei ze. Dus die geur kwam helemaal diep in mijn neus.

Ik kreeg het in stukjes want anders was het te stevig en te groot. Misschien is het voor katers en poezen die heel erg veel oer in zich hebben en die het dan leuk vinden om het stuk zelf te verscheuren, dat kan best.

Maar ik ben wat voorzichtiger met die dingen. Plus ik ben nog aan het bijkomen van die hete dagen dat ik de hele tijd lag te liggen en dan een snek met water kreeg en knuffels. Dagen lang. Dus ik voel me nu ook wat minder oer dan anders, wil ik zeggen.

Toen ze het eindelijk neerzetten, begon ik bijna meteen te eten.

Beleving

Het was heel stevige tonijn dus de beleving is dat je echt aan het oer-eten bent. Dat is best leuk. Voor even. Daarna ben je moe want een wiekentsnek moet juist gemakkelijk eten, dat vind ik tenminste. Dus ik kon geeneens alles op. Ook omdat ik best vol zat. Want als je langzaam moet eten dan voel je dat eerder en dan eet je ook minder.

O ja ik hoorde ook in de straat een geluid en dan dacht ik zal ik gaan kijken of zal ik eten. Dus ik ging op het laatst kijken en toen heb ik even in de vensterbank gehangen.

Daarna heb ik de snek opgegeten

In het kort

Applaws tonijn snack. Kost ongeveer twee euro bij de dierenspeciaalzaak.

Gelukkig was mijn wiekentsnek meteen lekker (hele film)

Als huiskater is het afwachten wat je wiekentsnek is. En zelfs óf je een wiekensnek krijgt. Nou gistermiddag viel het me heel erg mee.

Kraak

Ik hou heel erg van kraakbrokjes. Dat ik flink geluid kan maken. Dat iedereen weet dat ik een stoere kater ben die heel goed is in eten. Maar hoe vaak krijg ik die kans? Alleen met mijn gewone brokken en die zijn voor het gewoon, dus daar kan ik niks spesjaals mee, het lukt gewoon niet.

Gezond

Voor mijn operazie kreeg ik vaker sneks. En per keer ook meer. Dus ik kraakte en kraakte en dat was superfijn. Alleen toen kwam dat gedoe van diejeet voor het gezond en toen kreeg ik nog maar één keer per dag sneks en veel minder ook dat is vlak voordat we gaan slapen. Dus die wiekentsnek is voor mij belangrijker.

Ik eet best lekker hoor daar wil ik niks over zeggen. Goed spul van Almo, dat is tonijn zonder spullen erbij dus echt tonijn. En ook kip. En garnaal. Zalm. Nou, van alles. Alleen daar kan ik dus niet mee kraken.

Party

Toen mijn vrouw gistermiddag het bord neerzette, wist ik het meteen. Helemaal goed. Niks meer aan doen. Even ruiken voor de zekerheid en toen begon ik. Het zijn Party Snacks van Felix. Classic dus de gewone zeg maar. Dit is van ik ervan vond:

  • ze hebben de goede maat dus niet te klein en niet te groot, dat je in je bek voelt dat je wat aan het eten bent en dat het gaat
  • ze ruiken lekker niet dat je in je kop gek wordt en alleen wil schrokken, gewoon lekker en daar hou ik van
  • ik vind ze ook lekker smaken

Het zijn dus vooral sneks voor als je even goed wilt kraken en je wilt je kop erbij houden. Ik vond het een goede wiekentsnek.

Waarom ik twee wiekentsneks kreeg (hele film)


Het was wiekent en ik kreeg een wiekentsnek, ik voelde dat het tijd was en toen mijn vrouw naar de keuken ging, zat ik al klaar. Ik had zo’n trek.

Schaaltje

Ik hoorde geluiden dus ze was bezig. Toen ze naar de kamer kwam had ze een schaaltje in haar handen. Het was heel gek maar ik voelde me opeens anders. Helemaal niet blij.

Ze zette het neer en ik weet niet wat het was, maar ik deed heel voorzichtig. Ik rook. Mijn vrouw zei dat het Pâté Deluxe was van Gimcat, met kip.  Nou u heeft wel op de film gezien hoe lekker ik het vond. Helemaal niet. Het rook verkeerd en dan begin ik niet aan eten, dat zou niemand doen en ik ook niet.

Geen snek

Dus toen ik een stap achteruit zette, snapte ze het. Ze pakte mijn schaaltje en zette het in de keuken weg. Toen had ik geen snek meer, erg hè?

Ik wilde net in mijn doos gaan liggen om te slapen, want dan kon ik over mijn emozie heen komen, toen ik een zakje hoorde knisperen. Dat geluid kende ik. In zo’n zakje zat soep. Dus ik wachtte nog even met gaan slapen.

Van vroeger

“Dit is met tonijn, Bert”, zei mijn vrouw. “Je hebt het eerder gehad en toen vond je het lekker.” Voor de zekerheid rook ik even. Ja, die geur kende ik. Lekker. En toen begon ik te eten en ik bleef eten toen het bijna op was, toen kon ik niet meer.

Bij het uitbuiken op het kussen kreeg ik knuffels en ze zei: “Je dacht toch niet dat ik jou zomaar zonder wiekentsnek liet, Bert.” Eerlijk waar, toen keek ik maar even weg. Want ik had het wèl gedacht. En toen snapte ik weer, dat het straatleven van vroeger nog altijd een beetje in me zit, dus dat ik moet wennen dat ik echt serieus waar iemand heb die voor me wil zorgen, ook als ik een snek niet lust.