Categorie archieven: uit mijn leven

Waarom ik aan de flieberpil ben

flieberpilEefe opletten, iedereen. Als je een snek krijgt, zo helemaal opeens, en je denkt wat lekker, dan moet je dus opletten. Wegens dat er een flieberpil in kan zitten. Dat heb ik nou.

Oorzalf

Het begon ermee dat ik eerst oorzalf kreeg om beter te eete.
Ik fond het een beetje gek dat gefriemel aan mijn oor maar ja, ik kon weer eete. Na een poosje lukte het minder goed.
Toen kwam er weer oorzalf en ik heb er eerlijk over ferteld, hoe sloom ik er toen van werd. Ook al at ik toen wel weer meer.
Dus oorzalf, dat hoefde niet meer.

Snek

En toen op een dag, zomaar op een middag, kwam mijn vrouw met een snek aanzetten. Zo’n zachte met kip. En ze had het al in stukjes gemaakt, dat was voor het supergemakkelijk eete door deze katerman. Een lief woordje erbij, wat aaien en toen at Bertje alles op.

Daarna wist ik het: er zat iets in die snek.
Een flieberpil, dat is geen hele pil maar een stukje ervan.

Eete

Ik foelde onrust wegens dat er iets in mijn lichaam gebeurde. Dus ik miauwen. En naar mijn vrouw, van wat heb ik, wat gebeurt er. Ze legde het uit dus ik snapte het wel maar eerlijk waar, een fijn gefoel was het niet.
Later op de dag kon ik weer eete en de dag erna ook.
De tweede snek met iets erin kwam ook met woordjes en knuffels dus die at ik ook. Maar als er nog een keer weer een snek komt, nou dan weet ik het niet.

Eete is belangrijk.
Sneks eet ik.
Lekker afondeete lust ik ook.

Maar die pillies, die hoef ik eigenlijk niet. Mijn vrouw heeft weer de dokter gebeld en ofer mijn eten verteld. Dus misschien komt er wat anders. Of niks, want mager ben ik niet en dat is toch poosietief, zo zie ik dat.

Stokkie-Stefan: oud worden en meediesijnen

oud worden

Hier is dan mijn tweede blog. Nog veel bedank voor alle reejakties. Ik hep inmiddels iedereen geantwoord op de website van Huiskater Bert waar mijn blog op staat. Heb mijn poote blauw geschreeve! Het is heel leuk om nieuwe frientjes te leren kennen.

Oud zijn

oud wordenNu ga ik iets schrijve over oud zijn… niet ouder worden maar gewoon oud zijn, want dat ben ik. Hoe oud ik ben weet niemand, ik ook niet. De dierendokter schat mij op 18 jaar, maar ik zeg dat ik 20 jaar ben. Het is een mooi getal en het foelt goed. Mijn frouwtje zegt ook, daar houden we het op! Mijn furrjaardag weet ik ook niet meer en toen ik bij frouwtje kwam wonen 3 jaar geleden heeft zij een mooie daatum uitgezogt. Ze zei Stokkie, laten we jouw furrjaardag houden op 5 maart. Ik vond het goed. Het is dan al een beetje foorjaar en schijnt de zon. Als ik dan op het balkonnetje kom hoor ik de fogels fluite en ruik ik aan de hyacinten en narcissen die frouwtje buiten heeft staan.
Het laatste jaar ben ik wat achteruit gegaan. Ik hep niet meer zofeel aanimo om tegen een balletje aan te tikken. Fin het nog wel leuk hoor, maar ik ben niet meer zo faanatiek als froeger. Het gaat allemaal wat traager en duurt het eeve foordat ik op gang kom. Maar mijn humeur is goed hoor, ik ben een friendelijke kater, en dankbaar dat ik hier woon. Als je oud bent hep je meer behoefte aan slaap dus dat doe ik nu dan ook meer. Het is tog ook nog winter en niet zofeel te beleeve. Ik lig het liefst in de huiskamer op een grote stoel waar mijn mand ligt. Daar ligge sagte deekes in en sinds kort doet frouwtje een kruik in mijn mand onder de deekes, en dat ligt heerlijk en kei heet. Dat is goed voor mijn oude botjes want aan mijn rechter achterpoot hep ik artrooze en ik loop soms een beetje stijf met die poot.

Eeter

Ik ben altijd een moeilijke eeter geweest, dat is nou eenmaal zo, Stokkie is zoals Stokkie is! Brokjes lus ik nie zo en de kleinste brokkies kan ik ook niet meer zo goed kauwe. Ik eet dus eigenlijk alleen natvoer. Soms ben ik gek op een bepaalt merk en dan opeens hep ik er genoeg van en eet ik het niet meer. Ik wil dan wat nieuws. Frouwtje had een heel overlevings winterpakket natvoer voor mij gekocht. Heb er wel wat van gegeten, maar het ging mij toch tegenstaan.
oud wordenFrouwtje moest zugte en zei, Stokkie-Stefan wat moet ik nou?! Boos wat ze niet maar ik foelde wel aan dat ze gefrustreerd was dat ik geen zin meer had in het winterpakket. Als je oud bent zoals ik, hep je niet zefeel trek meer en gaat ook de smaak achteruit. Ik eet nu een ander merk natvoer,maar ik eet een stuk minder dan forig jaar en ben ook maagerder geworden. Maar ja lieve frientjes, zo is het leefe en ik leef nog hoor!

Meediesijnen

Jullie weete dat ik schiltklierpasjent ben en ik moet dus schiltklierpille slikken, anders ga ik dood en ik wil nog niet. Eerst was het 1 roze pil per dag. Maar een tijdje geleeden ging ik spuuge iedere keer en werd ik slap. Ik moest naar de dierendokter foor onderzoek. Kreeg zo een naald in mijn hals en namen ze bloed af. Gelukkig ben ik niet zo van de hele bange dus laat ik onderzoeken bij de dierendokter wel toe. Ik ben sagtaardig en hep fertrouwen dat ik iedere keer weer naar huis mag. Maar toen ging het niet goed met mijn schiltklier en moest ik ineens 2 roze pille per dag.
Frouwtje draaide altijd een balletje van mijn natvoer en verstopte zo mij roze pille, maar ik zag het heus wel hoor, ben egt niet dement. Toen ik het merk natvoer niet meer wilde eete, spuugde ik ook de balletjes met pille uit. Frouwtje zenuwagtig smorgens froeg als ze naar haar werk ging, want ze kreeg bij mij die pille niet goed naar binne. Maar ik werd ook zenuwagtig van haar!
En zo ontstond er een konfikt wat we egt niet wilde. De folgende dag kwam ze thuis met een tube, gekocht bij de dierenwinkel. Het was een soort snek leverpaate. Dus nu eet ik mijn schiltklierpille in een gedraaid balletje leverpaate en slik het ook door hoor, egt waar. Pijnstillers foor de artrooze slik ik niet hoor, daar ga ik zo van kotze en ben ik de hele dag een zombie. Ik hep foor de artrooze een pil uit de natuur, hoomeopaties heet dat. Ofer de natuur dierendokter ga ik een andere keer schrijve in een apart blog, want ik hep dus een gewoone dierendokter en een dierendokter van de natuur.
Nou, dit was de blog foor deze keer. Tot folgende week!

Waarom ik toch op het kussenmatje ging liggen

matjeHet hoefde niet, zei mijn vrouw. Als ik het matje niks-aan vond, dan zou ze het weghalen. En mijn vrienden zeiden ook van het hoeft niet. Dus toen ging ik er helemaal zeker weten niet op liggen.

Matje

Ik kon er niks mee, dat wist ik gewoon. Een matje moet hard zijn en dit was zacht, dus dan is het een kussen. En voordat je op een kussen ligt, moet je kunnen draaien en probeere hoe je ligt. En dat gaat niet in een vensterbank.

Alleen er waren ook een paar vrienden die zeiden van Bert je kunt het ook probeere. Dat bleef in mijn kop hangen.
Probeere kon ik misschien wel. Dus dan zeg je niet het kan of het kan niet maar je kijkt gewoon wat kan ik en wat foel ik daarbij.

Oefenen

Dus op een nacht ging ik oefenen, dat was omdat mijn vrouw dan in bed ligt en niet kijkt. Als ik iets aan het probeere ben dan heb ik rust in mijn kop nodig, daar ben ik heel eerlijk ofer.
Die nacht ging het een beetje en de nacht erna ging het beter en toen kon ik het ook oferdag. Ik weet nou hoe het moet:

  • eerst op het kussenmatje gaan staan
  • dan mezelf naar de ene kant doen
  • zo heb ik ruimte om te draaien
  • meteen gaan liggen,
  • dan lig ik.

Dus het kussenmatje kan blijfen. Ik lig er best lekker en ook warm, wegens dat het dik is en ik foel de ferwarming van eronder en die blijft dan hangen in het kussenmatje dus dat is fijn, en helemaal als ik dan ook zon heb. Zo, dan lig ik luukse, ik wist geeneens dat zoiets bestond.

Doos

Mijn vrouw was ook blij dat ik het liggen had ontdekt. Alleen toen kwam ze met een doos aanzetten en of ik erin wilde, het hoefde maar één keer, zei ze nog. Nou ik wilde het helemaal niet probeere. Wegens dat ik geen kunstjes doe. Ik ben een seeriejeuze katerman. Een kussenmatje kan. Maar ik doe geen gekke dingen.

Stokkie-Stefan: wie ik ben

Stokkie-StefanForige week kreeg ik een iemeel van Bert. Weet je wat er in stond? Er stond: Stokkie-Stefan zou jij een blog willen schrijven? Ik was helemaal verbaasd want weet je, ik ben een oude seniejoor oopa van wel 20 jaar. Maar dacht ik later, de ouwe oopa Floris schrijft ook een blog, dus waarom ik niet?!

Ik ben dus Stokkie-Stefan, rare naam hè? Hoe ik aan die naam kom, weet ik niet precies. Eerst had ik een andere naam en woonde ik in een huis saame met mensen, als ik mij het goed herinner. Maar ik ben ook wat kwijt, want ineens was er veel traumaaties. Ik kon mijn huis niet meer terug vinden en ik leefde op de straat.

Dierenhospitaal

Stokkie-StefanOp een dag werd ik gefangen in een grote kooi en ging ik mee in de dierenambulanse. Ik dacht wat gebeurd er nu ineens ? Zo kwam ik terecht in het dierenhospitaal in Den Haag. Dat is hetzelfde dierenhospitaal waar Bert heeft gezeten en Yep&Demi. Ik werd in een hokje gestopt met een warme deken en ineens werd ik Stokkie genoemd. Ik dacht nou ja daar luister ik dan maar naar, want de mensen aaiden mij en ik kreeg eten. Ze kwamen iedere keer naar mij kijken en waren lief. Er was een mefrouw in het dierenhospitaal en die zei ik zal je fertellen waarom jij nu Stokkie heet. Je bent in een straat gevonden waar het woord stok in voor komt. De Stokkoppelstraat, en daarom hebben we je Stokkie genoemd. Nou, ik begreep het en het was goed.
Omdat ik heel maager was en moeite had met eten kwam de dierendokter naar mij kijken en werd ik onderzocht. Ik had hele slechte tande en kieze en moest ik onder narkooze. Toen ik sliep werden de tande en kieze getrokken waar ik zon pijn aan had. De dierendokter ontdekte ook dat mijn schiltklier te snel werkte en dat ik ook daarom zo maager was. Dus de folgende dag kreeg ik veel eete maar kreeg ik ook schiltklierpille. Die waren verstopt in een stukje vlees. Ik had het wel in de gaten hoor, maar ik vond het stukje vlees lekker en ging gelijk die schiltklierpil naar binnen. Zo knapte ik op en mocht ik naar de losloopkamer en naar buite.

Nieuw huis

Ik heb best lang gewoond hoor in het dierenhospitaal, maar ik wist niet beter en dacht dat het mijn huis was. Iedereen vond mij lief en ik was blij dat ik feilig was, kreeg knuffels en werd er met mij gespeeld.
Op een dag zei er een verzorgster Stokkie, ik ga netjes jou fagt kammen en dat jou haartjes netjes zitten, er komt een mefrouw naar jou kijken. Ik vond het wel best en leek het mij gezellig. En ja hoor, daar kwam opeens een mefrouw binnen en ze zei dag Stokkie. Ze leek Stokkie-Stefanmij wel lief en sprong gelijk bij haar op schoot. Ze zei wil jij met mij mee naar huis Stokkie, jij krijgt een foor ever huis! Ik sprong in de reismand en reden we met de otoo naar mijn nieuwe huis. Iedereen was blij hoor in het dierenhospitaal dat ik op mijn oude dag en met pille voor de schiltklier, toch nog een huisje kreeg saame met een lief frauwtje.
Ik woon nu al meer dan 2 jaar in een hoog flat op de 7e etage met een machtig uitsigt, ik zie alles! En beneden staat er een viskraam, dus kom ik niets te kort! Er is een huiskamer en een slaapkamer, precies groot genoeg voor mij als oude seeniejor kater. Zo kan ik het goed overzien en weet ik ook altijd mijn frauwtje te vinden. Naar buite kan ik ook, want er is een fijn balkonnetje waar ik lekker kan zonnen en in de winter een frisse neus kan halen. Ik was dus gelijk thuis in mijn nieuwe huis.
Ik speel als ik zin heb met de ballentoren, gebreidde muizen, propjes papier, en soms zit ik graag in een doos. Mijn frauwtje foelde gelijk vanaf het begin toen ik haar zag fertrouwd en ik wist, nu zijn we foor altijd saame!

Sjiek

Tot slot ga ik nog uitleggen waarom ik een dubbele naam heb Stokkie-Stefan dus. Toen ik pas in mijn nieuwe huisje was zei mijn frauwtje, Stokkie, Stokkie, ik wil jou toch nog een sjieke naam erbij geven en toen ineens zei ze Stokkie-Stefan. Maar ik heb verschillende namen hoor, soms zegt ze alleen Stokkie, of Pokkie of Stokkepokkie. Ze maakt grapjes en zegt soms ook StokkieStefano of Stokkie-Stefanus. Ik luister naar alles hoor als het maar met St begint!
Zo nu hep ik ferteld wie ik ben, waarom ik zo heet en hoe ik woon. Tot de folgende keer hoor!

Japie: Kat in het bakkie

Kat in het bakkieHet is verdacht stil als ik door het kattenluik dender. Mijn wacht in de boom zit er op. De kinderen zijn naar school. De buren naar het werk. Tijd voor een tweede ontbijt.

In de keuken prop ik mijn bek vol brokken en ga op zoek naar mijn grote broer om de laatste meowtjes uit te wisselen. Hij ligt niet in zijn mand onder het bureau. Ook niet op de krabpaal. Het stoffen huisje op de boekenplank is leeg, net als zijn favoriete plek in de vensterbank. Waar ik ook kijk, geen spoor van Foppe. Katzijdank vind ik tante Cato, al zit ze verstopt onder de kast. Dat is raar. Met grote gele ogen kijkt ze me verschrikt aan. Als ik haar vraag naar Foppe weet ze er enkel uit te persen dat hij onder het dekbed ligt. Merkwaardig allemaal.

Furstopt

‘Psssst, Foppe,’ begin ik, terwijl ik behendig alle bulten op het nog onopgemaakte bed ontwijk. ‘Vrstp je, Apie, zo snel mglk,’ klinkt het gesmoord. ‘Miauw eens wat harder, Foppe, ik versta je niet!’ tetter ik naar een bult waarvan ik denk dat het mijn broer is. Zijn antwoord is weer onverstaanbaar. Ik wroet m’n kop onder de dikke laag en zie hem stijf opgerold liggen. ‘Wat ben jij nou aan het doen? Je bent toch niet ziek?’ Als hij stil blijft, ga ik Japieverder: ‘Kom op, man, het is hartstikke lekker weer. Dan ga je toch niet hier in die smoorhitte liggen.’ Eindelijk draait Foppe zijn kop om. ‘Je moet je verstoppen, Japie, zo snel mogelijk! Heb je de rammelbak niet zien staan?’ ‘Bedoel je dat ding met het tralietje? Ja, die heb ik al even uitgeprobeerd. Leuk bakkie, toch?!’ Als Foppe begint te raaskallen over witjas trek ik aan mijn stutten. Misschien moet ik dat bakkie wat beter bekijken.

Geinig bakkie

Mo reageert enthousiast als ze me er in ziet zitten. Ik krijg zelfs een snackje. Zomaar. Als ze aanmoedigt om er nog eens in te gaan, laat ik me dat geen twee keer miauwen. Voor een extraatje doe ik alles. We doen het spelletje een paar keer en dan sluit ze het hekje. Ze frummelt nog wat kipsnackjes door het metalen gaten en zegt dat ik moet wachten. Braaf als ik ben doe ik dat. Voor eventjes. Dan ga ik op onderzoek uit. Voor zover dat lukt binnen de beperkingen van het bakkie. Het moet gemiauwd, ik pas er met gemak in. Ik kan comfortabel rechtop staan. Wanneer ik mijn neus tegen het hek aan duw, raakt het puntje van mijn pluimstaart de achterkant. Languit liggen lukt ook prima. Er is maar één ding waar ik een oplossing voor zoek en dat is eigenpotig de tralies openbreken.

Algemene Poezen Keuring

japie‘Ga je mee, Japie?’ Het is een vraag en tegelijkertijd voel ik aan mijn snorharen dat elk antwoord overbodig is. Ik kan wel nee miauwen, maar ik heb zomaar het gevoel dat mijn nee nul komma nul effect heeft. Mo heeft moeite om het bakkie met het hermetisch afgesloten traliewerk op te tillen. Binnenin schommel ik alle kanten op. Ik moet me schrap zetten om niet om te vallen. ‘Waar gaan we heen?’ wil ik weten. ‘Het is tijd voor je eerste APK. Dus we gaan even langs de dierenarts.’ Ik denk terug aan die ene keer. Jullie weten wel, toen die witjas me de allerlelijkste meen koen noemde die hij ooit had gezien. Hoogste tijd voor revanche.

Koppie van Japie