Categorie archieven: uit mijn leven

Wat er gebeurde toen ik CBD-olie op had

cbd-olieIk heb het op.
De eerste keer, het was 1 druppel.
Tenminste dat zegt mijn vrouw, ik weet alleen dat ik ’s avonds een likwitsnek kreeg het was kip, en ik at dat meteen op, het is lekker spul en op is op.

Tefreden

“Dat ging heel goed, Bertje,” zei mijn vrouw, en we gingen aan de knuffel. Ik lag tefreden op mijn zijkant en zij aaide me en ik moest spinnen en ik wist gewoon dat zij ook tefreden was.
Dan begin je goed aan de nacht, hoor. Als je thuis rust en freede hebt.

Ze ging naar het grote bed en ik bleef beneden nog eefe na-liggen.
Ik at een brokje of wat.
En toen foelde ik van wat zal ik doen.
Dus ik naar boven, gezellig erbij.
Later werd ik wakker en ik had zin in dingen. Of nee ik wist gewoon dat ik dingen moest doen. De straat daar had ik al heel lang niet echt naar gekeken. Dus ik naar beneden en hop, de vensterbank in.

Superdupergoed

De nacht is anders als je dan controle moet doen. Ik heb licht in de straat van de lampen dus ik zie genoeg. Er komen soms mensen langs en die lopen anders dan oferdag dus dan moet ik intens kijken wat je weet het nooit. En als ik niks zie, dan moet ik helemaal opletten want dan kan er opeens iets komen.
Toen kwam er iets alleen het was in huis. Mijn vrouw kwam naar beneden ze liep door de huiskamer en ze ging naar de badkamer, dat doet ze elke nacht.
“Zo Bertje,” zei ze.
Ik moest alweer bijna spinnen.
Erna toen ze weer in de slaapkamer was, toen deed mijn gevoel WHOESH en ik sprong uit de vensterbank, rende over de trap echt keihard en ging op bed liggen snurken en alles was goed, alles was eigenlijk superdupergoed, zo foelde dat.

Na het dutje

Dus die ochtend erna was ik best moe.
Maar na een dutje wilde ik met de soundmous spelen en de kleine muis. Ik had er zin in. Ook in mijn brokjes.

Mijn vrouw zegt het komt van die olie. Maakt mij niet uit. Als het in een snek komt en die is lekker, dat neem ik die snek.

Mevrouw Bert

De dokter schreef voor een flesje van het merk HempOne. (ongeveer 20 euro) Het kan via iets lekkers gegeten worden maar ook – als dit moeilijk is – via de huid. Dan een druppel in de vacht doen.

Waarom ik Mo mijn mens noem

mijn mensZo, nu alle gebeurtenissen over de start van mijn leven bekend zijn, kunnen we het eens hebben over de dagelijkse gang van katzaken. Dat het purrrrfect met me gaat, hoef ik niet meer te miauwen toch?! Dat was allemaal toen. Nu zit ik lekker hoog – en soms droog – boven in mijn boom.

Weer en wind

De boom waar ik graag in klauter, is eigenlijk een struik. Een oude vlinderstruik met een heel dikke stam die kromgebogen staat door de harde westenwind die hier vaak waait. Dat komt, omdat we vlak bij zee wonen. In de zomer zitten er heel veel van die vrolijk gekleurde fladderaars in de Buddleja. Ze zitten zo hoog, dat ik eerst moet klimmen om er bij te kunnen. Toen het zo warm was, zat ik er heerlijk in de schaduw.

Sinds de herfst zijn mensalle blaadjes eraf en laat koude storm mijn haren alle kanten opwaaien. Soms vallen er grote druppels en wordt mijn jas kletsnat. Het deert me niet. Die wordt vanzelf wel weer droog als ik onder het dekbed kruip. Mijn mens is daar minder blij mee.

Ze zegt dat ik modderpoten heb en dat haar schoongewassen lakens daardoor zelden lang hagelwit blijven.

Waarnemingen

De catmusvakantie is voorbij. Meowsgierig zit ik in bij het ochtendgloren in mijn boomtop en zie hoe er leven in de brouwerij komt. Mijn uitzicht is purrrrfect. Op deze hoogte kan ik bij een boel buren naar binnen gluren. De buurvrouw op de hoek vult lunchtrommeltjes. Een enorme grote zwarte machine buldert door de straat. De paardenstaart van de jonge mevrouw van een paar deuren verderop zwaait vrolijk heen en weer als ze op haar fiets springt. Blije kinderstemmen verraden het vertrek van de furrriendjes op twee benen van onze oud Oom Sjaak. Tijd om naar school te gaan. Vanuit de tuin van de achterburen schiet de poort open en gaat de witte hond met bruine vlekken er als een speer vandoor. ‘Kom terug!’, hoor ik roepen. En dan schreeuwend: ‘Hier komen! Nu! Bij de baas!’

mensMens

Terwijl de man achter de hond aanrent, denk ik na over wat hij zojuist schreeuwde. Dattie bij de baas moest komen. Dat is toch raar?! Alsof die blaffer loon krijgt voor wat ie doet. Mocht hij willen. Een bak brokken valt niet onder salaris vind ik. Poot voor poot klauter ik terug naar beneden. Met vier poten op de grond schiet me te binnen dat het zwarte hondje met die mooie krullen altijd bij zijn vrouwtje moet komen. Blijkbaar is die niet loondienst. Best gek toch, als je er zo over na denkt?! Mensen noemen ons hun dieren, ongeacht of we een hond, kat of konijn zijn. Als wij hun dier zijn, dan zijn zij toch ons mens? Ik weiger Mo mijn vrouw(tje) te noemen. Ik ben toch niet met haar getrouwd?! Anders zou ik wel haar man(netje) zijn en niet haar kat.

Koppie van Japie

Waarom ik nou elke afond moes eet

eetJa hoor ik heb weer wat. Het leefe van een ouderere katerman dat gaat vanzelf maar ik heb soms dingen die langzaam anders worden en dat had ik met eete.
Mijn afondeete.

Brokjes

Even hoe het is hier. Ik heb alteit brokjes staan, van die gezonde, dat ik de artroosie minder foel. Daar eet ik vooral ’s nachts van en als ik ze bijna op heb dan eet ik niet verder. Een leeg bord daar kan ik niet tegen. Dus als mijn vrouw dan ’s morgens ziet dan krijg ik meer brokjes en dat eet ik verder. Ze zegt ook dat het knap is zoals ik eet omdat ik na die ene operazie minder tanden heb en de brokjes zijn hard, maar ik eet gewoon em best lekker ook.

Maar nou dat afondeete.

Smakken

De laatste week at ik minder want erna moest ik steeds heel stevig nasmakken en ook met tongslingeren dat ik me in mijn bek weer gewoon foelde.
Mijn tanden zijn in orde de dokter heeft er naar gekeken de laatste keer dat ze er was.
Daarvoor had ik oorzalf om te eete nou met dat spul eet je echt gewoon door.
Dus nu was ik weer mezelf.

Bord vol

Mijn vrouw zei: “Wacht maar Bertje, ik heb een idee.” Die afond kreeg ik weer een bord met afondeete alleen het zag er anders uit.
Het was moes.
Net als de goermet maar dan een bord vol.
Ik keek van wat is het. “Toe maar,” zei mijn vrouw en toen zette ik een stap dichterbij en ik rook aan de moes.
O ja. Afondeete.
Dus ik eete.
En eete.
Zo, wat at ik.
Mijn hele bord ging leeg.

Moes

De dag erna kreeg ik weer moes en dat krijg ik nou elke dag. Mijn vrouw heeft een mini-blender voor mij gekocht, vertelde ze, en daar doet ze nou elke keer het afondeete voor mij in, steeds wat anders natuurlijk maar het wordt wel moes.
Dus nou eet ik meer en ook nog gemakkelijker. En de brokjes blijf ik ook eete.

Ofer mijn leefe met artose

artroseIk dacht nou dat ik als katerman ofer mijn leefe met artrose meer moet fertellen. Wegens dat ik op feesboek ben en een blog heb, dan kunnen anderen daar weer wat aan hebben. Want als je hoort dat je het hebt dan foel je je meteen moeilijk. Maar dat hoeft dus niet.

Langzaam

In mijn leefe is de artrose langzaam gekomen. Eerst deed ik van alles, wild spelen en trappen rennen en over de bank heen, maar dat werd ook langzaam minder. Ik foelde toch, rustig aan is beter. Artrose heeft met je leeftijd te maken, ik ben al 15 jaar, maar je kunt het ook krijgen als je jonger bent.
Het gaat nooit meer ofer dus het beste is dat je ermee leert leefe. Hoe doe ik dat, dat ga ik nou uitleggen.

  • Meediesijn. Elke ochtend neem ik een pil Onsior dat is tegen de pijn. Dus dat ik gemakkelijker kan lopen en ook spelen. Ik krijg de pil in Gourmet kip dat is dat helemaal fijn gevijzeld en mjn vrouw blijft erbij, soms eet ik het van haar vingers. Dat is gezellig en intiem.
  • Solensia. Zo heette dat, het is een prik voor elke maand en hoe het werkt dat is voor iedereen anders. Klik hier en lees mijn erfaring.
  • Eete.  Ik heb nou speesjaale  brokjes. Eerst van Hills en toen kreeg ik een smaakverandering en nou eet ik van Kanien. Er zit spul in tegen het artrose-gefoel, dat je weer gemakkelijker kunt beweege.
  • Warm en zacht. Ik heb nou pas een matje om hard te liggen maar eerlijk waar: het is ook belangrijk dat ik ergens superzacht en warm kan liggen en dat kan ik. Bij de ferwarming staat een mand voor mij en daar lig ik vaak in.
  • Spelen. Als je niks doet dan krijg je stijve poote, dat moet niet. Elke afond speel ik samen met mijn vrouw met de muis aan een hengel. Het is kijken-kijken en dan BAM. Ik ren er niet meer bij zoals froeger maar ik ben toch in de aksie en daar gaat het om. Wassen doe ik vanzelf minder want er zit toch wat stijfigheid in me.
  • Aaien. Het is nou eenmaal zo dat als je artrose hebt dan heb je steun van thuis nodig. Van aaien krijg ik een fijn gefoel van binnen dan ontspan ik en ik foel me beter en dat helpt ook bij het eete. Mijn vrouw zegt dat het gelukshormoone zijn, maar daar weet ik niks over. Sinds ik artose heb wil ik meer aaien dat heb ik gewoon nodig.

Olie

Het is ook zo dat ik deze week meer artroose foelde. Toen heeft mijn vrouw de dokter gebeld en nou krijg ik CBD-olie. Wanneer weet ik nog niet. Het is aaien in een flesje, zei ze, dat alles erfan beter wordt. Dus ik ben benieuwd.

Updeet: de olie was fies en ik kon er niks mee.

Japie: Eind goed al goed

goedLaat ik gelijk maar met het kattenluik het nieuwe jaar invallen. Slecht meows kan je beter direct meowen. De pleister er in één keer aftrekken. Vorige keer liet ik al iets doorschemeren.

Daar komtie: vorig jaar om deze tijd was ik op een snorhaar na dood. Zo, dat is er uit! Ik zal u zo uitleggen hoe dat kwam. Dan kan ik de rest van het jaar over op mijn katse belevenissen, die hartstikke leuk zijn. Want dat ik er nog ben dat is wel duidelijk. Al had dat heel wat poten in de kattenbak. In die tijd ging ik nog braaf op de plastic plasdoos moet u weten. Sinds ik het wildplassen heb ontdekt, wil ik de wind onder m’n staart voelen. Maar dat is weer een heel ander furhaal. Even terug naar toen.

Hoestje

goedNadat ik uit het egelhuis was geplukt, ging er een heel protocol van start. Dat is een moeilijk woord voor een stappenplan met allerlei regeltjes. Ik werd aangemeld bij een asiel, die me aanmeldde bij allerlei instanties. Ook bij een witjas. Het toeval wil dat mijn mens als pleegopvang voor dat asiel werkt en dat ik daarom bij haar thuis mocht blijven. Anders had ik in het hotel voor dieren zonder thuis gemoeten. Witjas, je weet wel, die me de allerlelijkste meen koen noemde die hij ooit had gezien, bekeek me van alle kanten en luisterde met een koud ding op mijn toch al zo koude lijf. Een reuteltje in mijn longen. Dat wist ik zelf al lang, omdat ik vaak kuchte. Ik moest vieze pillen slikken, dagenlang. Het hoestje ging over, dus het had wel effect. Eind goed al goed zou je denken. Niets was minder waar.

Je weet wel

Een andere stap uit het protocol was ervoor zorgen dat ik geen kleine Japies meer kon maken. Witjas moest er niet aan denken dat er nog meer van die lelijke koentjes geboren zouden worden. Natuurlijk meowde ik dat ik daar heel anders over dacht. Voor ik kon uithalen met mijn vlijmscherpe stiletto’s had ik al een prik te pakken en viel in een diepe zzzzzzzzlaap. Zo diep dat ik stopte met ademhalen. Was ik eindelijk gered van een zwaar leven op straat zou ik toch nog onverwacht aan mijn einde komen. Mijn knipkaart bleek nog niet vol. Na heel veel toeters en bellen kreeg ik weer lucht en kwam het leven terug in mijn benauwde lijfje.

Beestjes

Ik moest naar een andere witjas, eentje die verstand heeft van de kloppende machine in de borstkas. Op een filmset werden foto’s en een film van mijn binnenkant gemaakt. Ik zag mezelf al gloren op het witte doek. Die droom spatte snel uit een. Op de film zagen ze dat mijn hart purrrrfect werkte, maar dat er in mijn longen honderdduizenden ieniemienie gaatjes zaten. Daarom kon ik niet goed ademhalen. Daarom kon ik niet doen wat kittens doen, spelen en rennen en catpriolen uithalen. Ik was een gatenkaas van binnen. In al mijn longblaasjes woonden ieniemienie beestjes die zich naar hartenlust van het ene kamertje naar het andere kamertje knaagden. En zo liep alle lucht die ik inademde er gelijk weer uit. Witjas zag het somber in. Maar ik ben niet voor één kat te vangen. Weer moest ik pillen. Heel veel pillen. Daardoor ging ik zo hard hoesten dat een zeehond er jaloers op zou worden. Want al die ieniemienie beestjes moesten uit mijn lijf en de enige manier waarop was hoesten. Best lastig als je geen lucht hebt.

Zeehond

goedZelf ben ik er het levende bewijs van dat het goed is gekomen. Ik ben een halfjaar als zeehond door het leven gegaan en toen waren alle geniepige beestjes *) eindelijk vertrokken. Wat een wonder, hè?! Omdat ik nog in de groei ben, worden mijn longen langzaamaan een beetje beter. Al zit rennen er nog steeds niet in. Wel ben ik supergoed in boomklimmen. Laat ik dat nou ook nog hartstikke leuk vinden. De afgelopen weken klom ik iedere ochtend naar boven en bleef urenlang zitten om te kijken of het nieuwe jaar al in zicht was. Eindelijk is het zover. Een kersvers jaar ligt voor ons met een heleboel blanco bladzijdes. Laten we daar met zijn allen heel veel kleurrijke pootafdrukken op maken. Ik kijk er naar uit samen heel veel purrrrfecte en poesitieve herinneringen te maken. Doen jullie mee? Happy moewyear.

Koppie van Japie

*) noot van mijn mens: Japie had last van longwormen. Deze komen zelden voor bij katten. Slakken zijn gastheren van deze beestjes. In zijn tijd tussen de egels heeft Japie deze slijmerige diertjes vermoedelijk gegeten.