Joep en zijn afontuur op Pinksterzondag

Om te beginnen wil ik eerst mijn grote vriend Kever nog bedanken dat ik voor mijn blog van vorige week zijn prachtige foto met de Stoel van Oscar mocht gebruiken. Zonder het op dat moment misschien te beseffen heb je de aanwezigheid én het gemis van deze Wijze Kater in één beeld weten te vangen…
Dank je wel, lieve Kever!
En dan ga ik nu verder waar ik vorige keer met m’n verhaal gestopt ben over m’n belevenissen op Pinksterzondag.

Wakker

Eigenlijk weet ik niet eens meer hoe lang ik tussen Simon en Leootje in heb liggen slapen, maar ik werd wakker van hele lekkere luchten die vanuit het huis ‘t balkon opkwamen. Ik schoot in de poten en rende naar de keuken, want misschien was ik nog op tijd om van de Chef te leren hoe ik de croutons van huisvliegen kon maken. Want zo rauw uit de poot vond ik ze eigenlijk niet écht heel erg lekker…
Helaas, Chef was al bezig om de kommetjes te vullen. En ik mocht de garnering erop te leggen, terwijl Chef de andere drie katten ging mauwen om te komen eten.
De verse catnipsoep met knapperige croutons van m’n aangeleverde tuinvliegen en gepaneerde pissebedden smaakte minstens zo lekker als ‘t rook, en terwijl Chef urenlang bezig was geweest in de keuken waren de kommetjes binnen een paar minuten leeg… Wat een heerlijke soep, daar had ik best nog wel meer van gelust! Maar Chef zei dat dit genoeg was voor vandaag, want anders zou ik alleen maar de hele middag slapen door teveel catnip. En ik had vanmiddag nog een belangrijke afspraak!

Auto

Een half uurtje later zat ik weer op de achterbank van de auto, naast drie porties verse catnipsoep en een zak met garnering. Op naar m’n volgende afspraak.
Gelukkig was het nog minstens drie kwartier rijden, dus ik kon nog lekker even m’n ogen dichtdoen. Want ondanks dat de soep een flinke tijd had doorgekookt, was de catnip toch behoorlijk binnen gekomen. Sterk spul hoor…
Voordat ik er erg in had stonden we al voor de deur bij de Blije Beesten Boel. Ik mauwde naar m’n personeel of zij de bakken mee wilde nemen, want Japie zat al samen met Foppe en Catootje voor de deur op me te wachten. Van de ene gezelligheid in de andere…

Op reis

De meegenomen soep werd in de koelkast gezet en ik kreeg een rondleiding van Japie door de achtertuin, die vele malen groter was dan die van mij, met heel veel planten, struiken en bomen. Als ik niet beloofd had om samen met Japie op jacht te gaan voor het avondeten bij de Haagse Katers, dan was ik hier in een boom geklommen om lekker te dutten. Maar helaas, misschien komt het daar een volgende keer nog wel ‘s van.
Het personeel van Japie, Catootje en Foppe had al wat te drinken en wat snekkies ingepakt en er werd een grote voorraadbox op de achterbank gezet om de buit in te vervoeren. Voor Japie was dit allemaal niks bijzonders, maar voor mij zou het de eerste keer zijn dat ik op Zilte Zeemuizen zou gaan jagen… En met een hele goede reden, want als we genoeg muizen hadden gevonden zou Chef Tiga vanmiddag de Hibatsjie op ‘t balkon opstoken voor een feestelijk diner waar Japie en ik ook voor uitgenodigd waren. Japies huisgenoten Catootje en Foppe hadden deze keer bedankt omdat het een beetje kort dag was, maar een volgende keer zouden ze zeker graag mee willen komen. Zeker nadat ze de soep van Chef Tiga geroken hadden.

Muizen

Het was nog een eindje lopen vanaf de parkeerplaats, maar gelukkig hadden we ons personeel mee om alles te sjouwen. Omdat ik hier nog nooit geweest was volgde ik Japie, die honderduit mauwde over de beste plekjes om Zilte Zeemuizen te kunnen vinden. Hij kende ze allemaal.
Ineens was Japie stil, stak zijn staart in de lucht, zakte een beetje door z’n voorpoten en nam een sprint terwijl ik ‘m verbaast nakeek. Hij had de eerste Zilte Zeemuis al te pakken en kwam vol trots naar me toe lopen. Voorzichtig snuffelde ik aan het diertje, wat rook ‘ie lekker zeg. ‘Kijk’ zei Japie, ‘dit is de eerste van vandaag. De volgende is voor jou, Joepie’.

Nou moet ik toegeven dat Japie een hele goeie praktijkleraar is. Alles wat ik in de voorgaande weken in de cursus van Luna Poes had geleerd maar zonder enig resultaat in het weiland achter m’n huis eindeloos had geoefend schoot door m’n kop.
Ik had goed naar Japie gekeken, en nu kon ik laten zien dat ik klaar was om een vanger in plaats van een jager te zijn.

Maar dat viel zo’n eerste keer toch helemaal niet mee hoor…

Het begon goed, ik stak m’n staart in de lucht, zakte door m’n pootjes en wilde net toeslaan toen mijn eerste eigen Zilte Zeemuis het op een lopen zette. Zigzaggend door de duinen, en ik rende achter ‘m aan. Gelukkig had ik al getraind in heel hard rennen over ‘t achterpad thuis, dus ik wist zeker dat ik ‘m te pakken kon krijgen. Ik zag, rook en hoorde alleen maar die ene muis… die ineens helemaal verdwenen was. Verbaast keek ik om me heen. Eigenlijk had ik ook geen idee meer waar ik was. ‘t Zal toch niet gebeuren dat ik verdwaald was? Straks zou ik worden omsingeld door hordes boze Zilte Zeemuizen, die me zouden ontvoeren naar een groot donker hol waar niemand me ooit nog zou kunnen vinden…
Ik verkatte me. Chef Tiga had vanmiddag nog zó gewaarschuwd om rustig aan te doen met de catnipsoep, omdat het best sterk spul was en ik misschien een beetje wieuw in m’n kop zou kunnen worden omdat ik ‘t niet gewend was…
Ergens in de verte hoorde ik Japie mauwen en ik ging op het geluid af. Gelukkig zag ik ook al snel Senior staan, die boven het duingras uitkwam. Ik schaamde me een beetje dat ik zonder muis terug kwam. Japie sloeg een poot om me heen en mauwde dat ik niet de beste jachtmethode had gebruikt, maar dat hij het me net zo vaak voor zou doen en uitleggen totdat ik het snapte.
Maar we konden nu beter naar een ander plekje gaan, want de muis die ik achterna gezeten had zou vast alle muizen in de buurt al ingepiept hebben dat we hier rondliepen…

Plan

Na een kwartiertje wandelen stopte Japie, want volgens hem stonden we nu op de meest ideale plek, waar heel veel Zilte Zeemuizen moesten zitten.
Nog één keer volgde een heldere uitleg van het aanvalsplan waarna Japie en ik, met de staarten in de lucht en de buiken door het zand, tussen de grashalmen door slopen. Japie had gelijk, de één na de andere muis werd in rap tempo samen binnengehaald. En we hebben ons personeel flink aan het werk gezet, want zij moesten al die muizen in de bak met stro, water en pindakaas zetten en zorgen dat ze niet zouden ontsnappen…
We hadden bedacht dat we wel drie Zilte Zeemuizen per katsoon nodig zouden hebben, en die hadden we binnen een half uurtje allemaal binnen.
Nog even snel wat drinken en een snekkie, en daarna de auto weer in. Terug naar de Haagse Katers, nu met onze zilte vangst voor diner…

Aan het begin van de straat roken we de Hibatsjie al. De bak met verse Zilte Zeemuizen werd naar de keuken gezeuld en de ogen van Chef Tiga begonnen al te glimmen nog voordat de eerste muis uitgepakt was. Hij was heel erg tevreden over de superverse levering van Muisbezorgd, het bedrijf van Japie. Maar toch werden we de keuken uitgezet, want de Chef had vandaag geen pottenkijkers nodig.
Nou ja, dat gaf mij mooi de tijd om even bij te mauwen met Chester, want daar was eerder vandaag niet veel tijd voor geweest. Hij vertelde over vroeger toen hij nog jong was, en hoe het is om met 3 andere katers samen in huis te wonen. En natuurlijk was ik toch wel heel erg benieuwd of de Chef elke dag van die feestmaaltijden maakte. Maar Chester is ook een hele wijze kater, dus hij deed toen net of ‘ie in slaap was gevallen…

Verhalen

Chef Tiga had het er maar druk mee om de Hibatsjie op het balkon in de gaten te houden en tegelijkertijd voor zes katers, die inmiddels wel trek begonnen te krijgen, in de keuken een complete feestmaaltijd te bereiden. En hoewel ik probeerde om elke keer als de deur open ging te zien wat er daar allemaal gebeurde, gaf Chef geen enkel keukengeheim prijs. Jammer. Misschien moet ik maar geduld oefenen totdat z’n eerste kookboek ooit uitkomt.
Het leuke van zo’n best wel onverwacht samenzijn was dat we elkaar heel wat te mauwen hadden. En hoewel ik de jongste van het hele stel was, met de minste ervaring in alles, had ik het gevoel er helemaal bij te horen. Ik luisterde aandachtig naar alle mooie levensverhalen, we lachten, huilden samen en soms waren we zelfs heel even stil. Samen met Simon en Leootje maakte ik nog een paar zoomies door het huis, behalve naar het balkon. Want daar mochten we nu niet komen omdat de Hibatsjie was opgestookt. We pootbalden in de gang, joegen met z’n allen achter één vlieg aan en zaten in de vensterbank naar buiten te kijken. Er was zelfs nog tijd voor een dutje, want een feestmaaltijd maken, dat duurt nou eenmaal even.

Uiteindelijk werd er een vaatje catnipwijn opengetrokken en mochten we het balkon op, waar Chef zes prachtige en goedgevulde etensbakjes had neergezet. Het zag er uit als een plaatje, en het rook zó verrrukkkullluk dat het water me uit de bek stroomde en m’n snorharen begonnen te trillen van genot. Op dat moment bedacht ik me dat samen soms ook best wel heel erg gezellig kan zijn.
Als voorafje kregen we gebonden catnipsoep, als hoofdgerecht gemarineerde Zilte Zeemuisfilets met een verrukkelijk sausje op een bedje van knapperige groenten en als bijgerecht superlekkere frietjes zoals ik nog nooit geproefd had. En in het toetje proefde ik zoveel tongstrelende verschillende smaken dat ik bij elk hapje met m’n ogen dicht zat te genieten. Zoiets zou ik best elke dag wel willen eten. Maar toen ik Chef Tiga om de recepten vroeg schudde hij z’n kop. ‘Gaat niet gebeuren kleine vent, da’s ‘t geheim van de Chef’. (Ik zou willen dat ik zijn sappige Haagse accent ook zou kunnen laten intikken door Junior, maar dat lukt haar gewoon niet…)
Misschien zou ik Chef Tiga kunnen ommauwen of hij in het najaar en de winter, als de muizenvangst een beetje sloom wordt, kookcursussen wil gaan geven. Of op z’n minst in een kookboek z’n lekkerste recepten voor beginnende Masterchefkattenkoks zou willen prijsgeven. Dat zou zeker een enorm succes worden tijdens de Kerstdagen.

Zondag

Het was een heerlijke zondag geweest. Zowel de kennismaking met Chef Tiga, Leootje, Chester en Simon als met Japie, Cato en Foppe hadden grote indruk gemaakt. En van de Zilte Zeemuisjacht had ik zoveel geleerd dat ik nu zeker wist dat ik een hele goeie Weilandmuizenvanger ben.
Het was intussen al maandagochtend geworden toen ik afscheid nam van mijn vrienden, en we spraken af om deze zomer een Groot Tuinfeest bij mij thuis te organiseren waar iedereen welkom is. Want Japie en ik zijn een heel goed team als ‘t om muizenvangen gaat, en Chef Tiga draait er z’n poot niet voor om als er heel veel gasten komen genieten van zijn heerlijke gerechten. Datum en tijd moeten we nog even overleggen, maar ik hou jullie op de hoogte!

Stevige poot en heel veel zachte kopjes van Joep, Allround Muizenvanger

Joep blijft oefenen en goed ook

Om te beginnen wil ik vandaag toch ook eerst nog even stil staan bij Oscar, een hele wijze kater die dinsdagavond na een respectabele leef-tijd van 19 jaren over de Regenboogbrug is gegaan…
Ik ben er aan de ene kant heel verdrietig over, want ik had Oscar graag nog veel beter willen leren kennen. Aan de andere kant weet ik dat hij nu nooit meer al z’n medisijnen hoeft in te nemen om zonder pijn en andere ongemakken eindeloos te kunnen rennen en spelen met al zijn vriendjes en vriendinnetjes die al eerder een mooie ster werden.

Stoel

Maar ik ben ook dankbaar.
Dat ik de mooie woorden die hij elke week doormauwde voor zijn blog bij Bert nog altijd kan teruglezen. En dat ik Oscar heb ontmoet op het Grote Stoelendansfeest dat onze vriend Kever begin deze maand speciaal voor hem in z’n tuin heeft gehouden. Met een hele mooie stoel in het midden van de tuin, speciaal voor Oscar, zodat ‘ie alles goed kon zien en met iedereen die er was een paar korte of lange mauwtjes kon wisselen.
Het was een feest dat niet alleen kattastisch was, maar ook heel indrukwekkend. Want in een paar uur heb ik zóveel mooie wijze woorden van Oscar zelf meegekregen en die zullen de rest van m’n leven bij me blijven…
Dank je wel lieve Oscar. Voor alles wat je met mij en al je vrienden en vriendinnen hebt willen delen.
En die mooie stoel in de tuin bij Kever blijft voor altijd jouw stoel, dat weet ik zeker…

Jagen

Nu ik m’n hart met jullie gedeeld heb over het vertrek van Oscar, wil ik toch ook nog graag iets heel anders doormauwen, iets leuks. Want Oscar was behalve een hele realistische kater ook een hele positieve, die ondanks alles ook heel erg van z’n leven kon genieten. En dat is precies wat ik vorig weekend gedaan heb.
Zoals jullie misschien weten ben ik hard bezig aan een loopbaan als Weilandmuizenvanger. Maar omdat ik, ondanks de kattastische cursus van Luna Poes en heel veel oefenen, nog steeds geen muis heb kunnen vinden ben ik op de dagen dat het droog is sinds een tijdje druk bezig in de tuin met het vangen van vliegen en kruipende beestjes die ik daar tegenkom. Zelfs de dikke bromvliegen die ik in huis zie sla ik met gemak uit de lucht. En omdat m’n personeel die toch niet lust eet ik ze lekker zelf op.
Al moet ik toegeven, rauwe bromvlieg is nou niet écht een delica… uhhh… delikat…. nou ja, lekker. Maar om m’n vangst nou door m’n personeel in de prullenbak te laten gooien is ook weer zo’n verspilling.

Ik had vorige week zaterdag net m’n tweede grote vlieg achter de kiezen (ik heb natuurlijk niet tegen m’n personeel gemauwd dat ik die zelf van buiten mee had genomen) en stond eigenlijk al op ‘t punt om te gaan slapen toen Junior riep dat ik een dringend berichtje had gekregen.
Nieuwsgierig geworden liep ik al een beetje slaperig terug naar de woonkamer, waar ik te horen kreeg dat Chef Tiga pissebedden en vliegen nodig had voor de verse catnipsoep die hij aan ‘t maken was voor de zondagse lunch. Of ik die nog even voor ‘m kon vangen en afleveren.
Nou, je snapt dat ik gelijk klaarwakker was. M’n eerste echte opdracht, en dan ook nog ‘s van de Chef der Cheffen… Wat een eer! En wat een mooie kans om misschien van hem te leren hoe ik die rauwe bromvliegen veel lekkerder kon maken.

Zeemuizen

M’n personeel begreep de ernst van de spoedbestelling van de Chef gelukkig helemaal. Ik mauwde tegen Junior of ze even contact wilde opnemen met Japie, de eigenaar van Muisbezorgd, om te vragen of ik m’n vangst bij hem kon afleveren voor verder transport of dat ik ‘t zelf bij de Chef kon afgeven. Terwijl Senior druk bezig was om een paar bakken met deksels en een zaklantaarn te zoeken, reageerde Japie al dat het beter was om de bestelling direct bij de Chef te bezorgen. En omdat ik dan toch al halverwege zou zijn, vroeg Japie of ik zin had om daarna samen met hem Zilte Zeemuizen te gaan vangen.
Ik wist toen al dat het een paar onvergetelijke Pinksterdagen zouden worden…
Bij wijze van hoge uitzondering mocht ik zaterdagavond laat nog naar buiten. Senior had de lamp midden in de tuin gezet en zei dat er zóveel vliegen op ‘t licht af zouden komen om meer dan genoeg croutons van te kunnen maken.
Om een lang verhaal wat in te korten, toen de zon opkwam had ik twee bakken vol met vliegen, klaar voor transport. De pissebedden waren wat moeilijker te vinden, maar ik kon onder wat oud snoeihout toch nog een paar poten vol te pakken krijgen. Chef Tiga kon tevreden zijn.

Het duurde even voordat ik m’n personeel wakker had gemauwd om weer naar binnen te kunnen, maar toen eindelijk de tuindeur open ging stond er al een stevig ontbijt voor me klaar en kreeg ik complimenten en aaien omdat ik zo hard doorgewerkt had. Senior controleerde nog even of de deksels wel goed op de bakken zaten voordat hij ze in de koelkast zette, maar daarna was ‘t toch echt wel hoog tijd voor een welverdiend dutje.

Zoomies

Zondagmorgen om kwart over negen zat ik alweer met al m’n haren netjes op een rijtje en schoongelikt in de auto, naast m’n vangst op de achterbank, onderweg naar Chef Tiga. En heel eerlijk, ik was best wel zenuwachtig want ik had de Chef en zijn broers nog nooit in levende lijve ontmoet. Het liefst was ik ook gewoon in de auto blijven wachten tot m’n personeel de bestelling had afgeleverd, maar daar trapten ze niet in. Ze vonden dat ik niet zo kittenachtig moest doen, en terwijl Junior de bakken pakte nam Senior me op z’n arm en zwaaide de voordeur al open…
Binnen vijf minuten maakten Leootje, Simon en ik zoomies door hun hele huis, via de gang, de woonkamer, het balkon en weer terug. We rolden en sprongen over elkaar heen alsof we dat al jaren deden.
Na een half uurtje heel erg druk doen met z’n drietjes kwam Chester ‘s kijken wat al die herrie in huis was en schudde langzaam z’n kop toen ‘ie ons zag. Dat was volgens Leootje het moment dat we maar beter even stilletjes op het balkon konden gaan hangen om vogels te kijken.
We kregen Cosmosnekkies en wat te drinken, en daarna ben ik tussen Leootje en Simon als een blok in slaap gevallen…

Natuurlijk is m’n Pinksteravontuur daarmee nog niet afgelopen, maar Junior mauwt met de nodige spelfouten dat ‘t wel een héél erg lange blog zou gaan worden als ik nu alles wil vertellen. Dus ik ga volgende week verder waar ik gebleven ben.
Voor nu, maak er een kattastisch mooi weekend van en geniet van elk moment. Precies zoals Oscar gedaan heeft. Vanavond als ik de sterren zie zal ik naar hem zwaaien. En naar Bram. En Loesje. En naar al die andere mooie sterren in de lucht.

Stevige poot en zachte kopjes,

Joep

Aankomend Weilandmuizenvanger

Japie is de laatste tijd stiller

Ken je dat gevoel, dat je kop zo vol zit dat je het niet meer weet? Dat er zoveel woorden door je bol dansen dat het een warboel wordt? Dat letters door elkaar gaan en je geen zinnig woord meer kan miauwen? Zo voelt het in mijn kop. Al een tijdje.

Stiller

Dat maakt dat ik stiller ben op Beestboek. En niet meer zo vaak reageer op de blog. Ik wil het wel hoor! Want ik lees al jullie furhalen en berichten met veel liefde. Steevast krullen mijn snorharen mee omhoog met een grote glimlach. Maar als ik dan iets wil typen, blijven mijn poten steken boven het toetsenbord. De eerste letters beginnen al in de verkeerde volgorde. Moet je eens proberen om er met poten zo groot als de mijne letters tussen te proppen.
Ik kan jullie miauwen dat het meestal nog meer abacadabra wordt. Soms lukt het om een reactie te geven die nog ergens op slaat. Maar meest van tijd wis ik alles weer. Ik word er verdrietig van en ben bang dat jullie je afvragen waarom ik wel bij het ene furriendje reageer, maar niet bij het andere. Misschien denken jullie wel dat ik jullie niet meer leuk vind. Dat is absoluut niet waar. Integendeel zelfs. Misschien helpt het om het hier te miauwen. Zodat jullie weten waarom Japie minder van zich laat horen.

Inspiratie

Wat me nog meer frustreert is dat ik geen inspiratie heb om zelf furhalen te schrijven. Het is niet dat ik niks beleef, dat doe ik heus wel. Alleen zijn dat vaak dingen die anderen griezelig vinden. Die vinden het niet fijn om in geuren en kleuren te lezen hoe ik als patholoog anatoom autopsie verricht op mijn eigenpotig gevangen prooien. Van een muis kijkt niemand meer op. Zeker niet nu er zoveel enthousiastelingen zijn die zich verbonden voelen met Muisbezorgd. De door mijn tante Luna purrrfect opgezette online cursus ‘Hoe vang ik een Weilandmuis’ wordt massaal gevolgd door iedereen die de fijne kneepjes van het muizenvangvak in de poten wil krijgen. Als ik zou beginnen over de mammoeten onder de muisachtigen lopen bij iedereen de rillingen over de rug. Dus kan ik maar beter mijn bek houden over waar ik mee thuis kom.
Furhalen over witjas, omdat ik me weer eens in de nesten heb gewerkt, is iets waar je niet te vaak over moet miauwen. Ook dat schrikt af. Na het kattefietje met Louis die met ferme kracht mijn boom omver blies, klim ik alleen nog maar naar boven om naar de sterren te zwaaien. Diep onder mijn vacht ben ik best een braverikje. Behalve de keren dat ik kattenkwaad uithaal. Wat dat kattenkwaad is, miauw ik thuis niet. Wanneer ik na mijn nachtelijke avonturen binnen kom, eet ik mijn buik rond en val in diepe slaap. Zodra ik wakker ben, eet ik weer en glip door het luik de wijde wereld in. Waar ik uithang, furtel ik nooit. Zeker weten dat ik dan nooit meer op pad mag. Daar kan ik dus met geen woord over miauwen. Sommige dingen kun je beter voor je zelf houden.

Furhalen

Ik zou zo graag van die mooie furhalen willen kunnen schrijven zoals mijn furriendjes van de blog dat doen. En tegelijkertijd weet ik dat dat iets is dat bij hen hoort. Ik heb mijn manier van schrijven. Joedoejoe zou Leootje miauwen. Inderdaad, ik ben gewoon ik, een kater die woont in een huis waar het leven veel te serieus geleefd wordt. Dat voel ik aan alle letters die uit het toetsenbord komen.
Soms denk ik dat ik beter kan stoppen met mijn furhalen. Mogelijk hebben we wel genoeg geschreven. Maar ja, dat is ook weer zo wat. Over een tijdje komen er misschien weer spontaan gezellige letters uit mijn toetsenbord. Of dat zo is en wanneer weet alleen de tijd. Misschien is onze stilte een stilte voor de storm en barsten we binnenkort weer van de creativiteit. Daarom voor nu een koppie. Voor jullie allemaal.

Koppie van Japie

Hoe Oscar het feest beleefde

Hadiejooola liefe frientjes, frouwtjes en baasjes,
Frorige week was er een feest zoals het nog nooit is geweest! Inmiddels ben ik ervan bijgekoome, maar ik krijg het niet uit mijn kop. Folgens mij hep ik nog nooit zoiets moois meegemaak in mijn heeele lange leefe nie. En daarom wil ik ook niet dat het uit mijn kop ga. Het is net als een film, ik blijf het foor mij zien en het is de moosite herinnering uit mijn leefe! Hoe lang ik nog leef weet ik nie, maar deze pragtige herinnering gaat mee in mijn kop als ik ofer de Reegeboogbrug ga. Maar zo ver is het nog niet hoor, ik ben er nog!

Erfaring

Nu ga ik jullie fertellen hoe ik het feest hep erfaaren. Heel feel frientjes van Bert zijn Feesboek waren op het feest. Het was een stoelendansfeest bij Kever in de tuin. Jullie weete he hoe Kever op het iedee is gekoome een stoelendansfeest te organiezeere. Dat had hij eerder opgeschreeve in zijn blog. Kever heeft een heele mooe tuin waar hij graag is om te rieleksen en doet dan ook naadenken. En zo kwam het iedee van het stoelendansfeest. Alleen hij had in zijn kop uitgedacht het feest in de zoomer te geven als er feel zon is en je de warme straale foelt. Maar toen las hij op mijn blog dat het eigenluk niet zo goed met mijn gezond ging. Dat ik na 3 kuuren antiebiejootie en pretniezon maar nie beeter wilde worden, en ook nie met de pille van de natuur. En dat de piep in mijn keel en neus nie weg gaat.
Kever ging de tuin in om goed na te denken, ineens wist hij het! Hij dacht mijn frient Oscar is al negentien jaar en nu zijn gezond ziek blijft heeft hij niet het eeuwige leefe. Zo is dat gewoon, en kunnen we dat nie onder de stoele en banke steeke. Oscar leef per week, en als we het stoelendansfeest pas in de zoomer fiere dan fiert Oscar misschien stoelendansfeest in Reegeboogland. De mensen van Kever leefen ook zo mee met mij en hadden gezegd, wij zetten een stoel in de tuin met zijn naam er op, Oscar. En dan kan hij gewoon naar de ruin koome wanner hij wil. Kever kwam met een beeter iedee en tetterde, we gaan speesjaal foor Oscar het stoelendansfeest ferfroegen. Morgen, dat was forige week dinsdag dus, gaat de zon schijnen met feel warme straale. Dan moet je inpulzief zijn en niks nie langer uitstelle.

Aksie

Dus Kever kwam snel in aksie en meelde naar Doorie of hij tijd had om alle frientjes met de geele kanarieboes op te halen, en dat wilde hij graag doen. En toen ging Kever heel hard tetteren zodat alle frientjes het konden horen. En hij kan een een tetter opzette hoor, dat wil je nie weete!
Dus hij tetterde, aatenzie,maatenzie, alle frientjes morgen froeg opstaan. We gaan morgen met z’n alle speesjaal foor Oscar ferfroegd het stoelendansfeest fiere. Zorg dat je op tijd klaar staat met een koelboks vol met lekker eete en drinke. Trek je mooiste pakje of jurkje aan en als je muziek maakt neem dan je instuument mee!
Ik kon bijna eggie nie slaape van opwinding. Frouwtje had de koelboks folgepakt met garnaale en makreele, kippebout, en nog feel meer lekker eete en drinke, en had ik mijn mooste pakje aan. Toen hoorde ik ineens toet, toet, toet, en jawel hoor dat was Doorie met zijn geele kanarieboes. De heele kanarieboes zat overfol met frientjes, maar omdat ik maager ben kon ik er nog best bij hoor en kreeg ik een plaats foorin naast Doorie. Dat was keigaaf in de geele kanarieboes en scheure dat Doorie deed, en alle frientjes deden zingen van plesier!
Toen stopte de boes en kwamen we bij het huis waar Kever woont. We gingen naar de tuin waar alle stoelen stonden. De heele tuin was fersierd met slingers en balonnen. Er stond ook een lange taafel en konden we de koelboksen er onder zetten. De mensen van Kever hadden voor mij een eereplaats, ik had een pragtige rieleksstoel met mij eige naam erop.

Gesellig

Zofeel kaaters en poesen bij elkaar had ik in mijn leefe nog niet gezien en gesellig dat het was. Alle frientjes van Bert zijn feesboek waren er en er waren ook nog anderen meegekoome. Bert was er zelluf niet bij. Hij is een angstige kater weegens trauma en foelt zich het meest rielekst thuis bij zijn frouw. En dat respekteere we! Omdat wij frientjes hem toch graag wilden betrekken bij het feest, hadden we foor hem een plannetje bedacht. Als er wolken foor de zon zou koome dan zou Bert heel hard gaan blaase. Nou, en dat heeft hij heel goed gedaan hoor. In de ochtend was er zon en feel warme straale. En toen we met zn alle tussen de middag na het eete een dutje wilde doen toen kwamen er wolken. En toen deed Bert vanuit zijn fensterbank blaase, blaase, en weg gingen de wolken!

Tuin

Wat heeft Kever een mooie tuin met kleurige foorjaarsbloeme en wat zijn zijn mensen aardig. Ik’keek mijn ooge uit. En zofeel frientjes, Doorie natuurlijk van de geele kanarieboes en zijn Jiekie was er en Faalentieno met zijn aanhang, De Haagse Katers, Joep, Leootje, Japie, Minnie, Lucky&Moos, Yep&Demi, Tjilla,Tjessi&Tjaiia en nog feel en feel meer. Sorrie als ik jullie naame niet hep genoemd, er ware zoooofeel frientjes. We heben gedanst en muziek gemaakt, keihard!
Zofeel gegeete en te feel katnip gedronke. We zagen alle stoelen draaie…
s Avonds ging de barbiekjoe aan en toen het al wat donker werd de lampiejonne, zo gezellig! En ik was eggie nie’moe hoor. Heb gewoon heel hard meegezongen, gedanst en het eete smaake mij heerlijk. En toen aan het einde van de afond deeden we de stoelendans. De muziek ging nog harder spelen en wij gingen op z’n hardst meekrijse. We moesten van stoel naar stoel springen en als de muziek ineens stopte moest je gauw op een stoel gaan zitten. De Haagse Katers vielen achterover en Kever kwam knel te zitten tussen 2 stoelen. Maar hij had zich niet bezeerd hoor. Schuddebuike hebben we gedaan van het lachen en werd het feest werd steeds wilder en wilder.

Sterren

Toen kwamen de mensen van Kever de tuin in en zeiden ze, aan het einde van het feest gaan we eefe seeriejeus doen. Zien jullie die mooie sterren aan de heemel? De grootste ster is van Loesje die met alle andere sterrefrientjes in Reegeboogland woont. Nu gaan wij heel stil zijn en terwijl wij swaaje naar de sterrefrientjes denken wij aan ze. Dat was een heel mooi en plegtig mooment. Foor altijd saame mauwden we zagtjes!

Inmiddels was het al pikkedonker en heel laat. Zo kwam het keigaave stoelendansfeest tot zijn eind. Doorie had de geele kanarieboes al gestart en deed toet, toet, toet, instappen allemaal! Het was heel stil en de boes en hoorde je alle frientjes snurken, zo moe waren ze. En Doorie bragt iedereen weer feilig thuis.

Bijkoome

Heel lang uitgeslaape heb ik de folgende dag en moest ik feel bijkoome. Maar het was een onfergeetelijk stoelendansfeest. Ik bedank heel hartelijk mijn frient Kever, de mensen van Kever, onze sjouwffeur Doorie met zijn boes, en de wolkenblaaser Bert, foor de organiezaazie. Zonder hun had het nooit nie door kunnen gaan. Befankt alle frientjes die op het feest waren. Het was fantasties jullie allemaal te ontmoeten. En het blijf allemaal in mijn kop hoor het heele stoelendansfeest, als mooie herinnering.

Dikke knufkoopstoot van Oscar.

Leoootje ofer bankhange en saame zijn

Ajooooooooo allemaal!
Hier ben ik weer, Leootje!

Op de Koning se ferhaardag zoude de tweefoeters toch de heele dag weg sijn?
Het reegende en het was kout buite en dus sijn se tuis gebleefe.
Dat fonde wij ook feel geselliger.
Er was iets niews gekome foor de teelefiese en daar sat een doos bij!
Die hebbe se uitgepak en toen is Simon dermee gaan speele.
Ik heb lekker warrem in me blauwe mantje geleege en ik heb niet so feel gedaan.
Ja waar ik goet in ben. Snoepe en slaape.

Roepen

JOEDOEJOE werd er geroepe en dat liet ik me geen twee keer segge.
Fre was in de keuke beeseg met dinge maake fan kaas, Papa was beeseg met de niewe teelefiesiedinge en Mama sat te keemen, dat is een spelletje speele op de kompjoeter.
Tiga sliep op Fre der bet op het zachte kleet en Simon en Chester waare aan het bank-hange.
Bank-hange is een kunst.
Egt heus waar!

Chester en Simon

Een goeie bank-hanger hangt, zit of ligt so lang as moogelek op de bank sonder te beweege.
Dan slaap je, of je doet assof.
Simon slaap graag op de bank.
Lekker op het sagte pleet.
Het liefste is hij saame met Chester weeges dan foele se sig allebei warrem en feileg.
Soms sit Tiga der ook bij.
Ik kies altijt foor een andere plek weeges ik fint dinge al snel te druk.
Mijn plekjes sijn op de hele hooge krappaal, het blauwe mantje as der niemant in zit en op de krappaal bij de keuke weeges daar kan je oofersigt houwe op wat of te datte se doen in de keuke en fal der nog wat af foor mij. Dat fint ik belang-rijk.

Saame

Maar Chester en Simon sijn egte slaapies saame.
Se slaape saame op de bank maar ook op het groote bet.
Lekker teege de tweefoeters aan.
Tiga en ik finde dat te rommeleg weeges de tweefoeters beweege as se slaape.
Wij slaape liefer in de huiskaamer.
Soms in het blauwe mantje en soms op de bank of op de stoel of in de krappaal.
We kunne kiese wat of te dat we wille en dat doen we elleke aafont.

Chester en Simon doen feel dinge saame.
Se foele sig gelijk aan mekaar.
Maar se sijn ook het teegenooferge-stelde fan mekaar.
Ik heb der een lijstje fan gemaak. Hier komtie:

  • Chester is swart, Simon is wit
  • Chester se oore doen het, die fan Simon sijn kapot
  • Chester is bijna feertien jaare en seeniejor fan se leeftijt,
  • Simon wort pas twee in de maan fan August in dit jaar
  • Chester seg bijna niks, alleen soms heel saggies ‘piew’ en Simon die krijs soms de heele stat fan Den Haag bijmekaar
  • Chester is rusteg en Simon is altijt beeseg met dingen doen en met alles wat ie siet beweege
  •  Chester doet kauwe op draatjes fan se hengel,
  • Simon breng se heele hengel naar het groote bet om se jagt-troofee kaadoo te doen aan de tweefoeters
  •  Chester mag nie alles eete weeges se gefoelege buikie maar wil dat wel,
  • Simon mag alles eete maar hij wil dat niet
  •  Chester lus bijna alles, Simon lus bijna niks

En toch sijn se friende foor het leefe.
Se sijn echte kaameraade.

Naagels

Toen Simon as een stinkende kitten hier naar binne wert gedraage moeste Tiga en ik der niks fan weete.
Chester heeft hem gerooke en hij ging hem meteen wasse.
Chester sei: “het is een kittenbeebie, hij kan der ook niks aan doen.
Een beebie moet je wasse en hij moet zich feileg foele.

Simon

Nou dat heeft Chester goet gedaan.
Simon houdt daardoor feel fan Chester.
Hij fint dat Chester se Faader is en hij leert veel van hem.
So as befoorbeelt je naagels peediekuure.
Dat heeft Chester ook aan ons geleert.
Hij fint het belang-rijk dat je naagels goet sijn fersorregt.
Het is het eenige dat hij sig nog herinnert fan se kattemoeder.
Dat se altijt der naagels netjes deet.
Daarom fint ie het so belang-rijk.
Fersorgte naagels doen hem aan se moeder denke.

Dat Simon se oore kapot sijn maak hier in huis niets uit.
Wij kunnen wel met hem praate.
As tie naar ons kijk, want as tie niet kijk dan kan je hem niks wijsmaake en gaat ie se eige gang.
Maar hij hout altijt wel Chester in se oog.
Dat ie weet ‘waar is Chester’, ‘wat doet Chester’ en ‘kan ik saame sijn met Chester’
As Chester op de bank springt, dan sit Simon der meteen bij.
As Chester gaat loope weeges het is eetestijt dan gaat Simon ook mee.
Heel faak wil Simon niet eete maar hij krijg toch een bordje met eete weeges we wille wel dat ie meedoet en dat ie weet fan ‘het is eetestijt’.
Wat ie lekker fint haalt ie eruit en de rest laat ie staan.
Hij eet liefer se harde brokjes.
Dat fint ie lekkerder dan eete uit sakkies en blikkies!
Niet te geloofe he!
Likwitsnek fint ie ook maar zozo.
Snappe jullie dat nou?
Hij wil wel fan de Feeliks en fan de Goermet se soep hebbe maar dan alleen de soep en niet de stukkies.
Die stukkies die Simon niet lust eet Tiga op weeges Tiga is onse bordewasser en Tiga segt weggooie is sonde, so sijn we nie op-gefoet.
En as de tweefoeters naar bet gaan en we hebbe allemaal ons welteruste-kusje gehat dan gaat Simon achter Chester aanloope so de groote slaapkaamer in en dan gaan se allebij op het groote bet om te gaan slaape.

Liggen

Simon kan Chester heel goet wasse en as se bij mekaar ligge dan wil Simon altijt tegen Chester aan ligge of sijn poot oofer hem heen hebbe weeges dat foelt goet.
Dan sijn se saame sagt en lief en de tweefoeters roepe dan fan ‘agossie kijk die twee nau tog ligge!’ En dan gaan se footoos maake.

Friende

So sie je maar.
Je kan heel fersgillent sijn en toch feel saame kunne doen.
Je kan allebij andere dinge leuk finde en toch mekaar wasse en saame slape en beste friende sijn.
We sijn allemaal anders en dat maakt het juist speeziaal weeges we sijn uniek.
De een kan dit goet en de ander kan dat goet.
En so is het ook met onse friende en onse leesers.
Iedereen is uniek fan se eige en kan weer se eige dinge goet doen en leuk finde.
Jij ook en daarom find ik je juist ekstera speeziaal.
As je nou net dagt fan jesellef, poehee ik foel me maar ‘so so’…

Yiga

Dan wil ik dat je goet fan jesellef weet dat je niet ‘so so’ bent.
Echt eerlek heus waar niet.
Je bent lief en mooi en uniek en je kan egt heus waar feel dinge goet die iemant anders weer niet so goet kan. Dus je kan gerust heel tros op jesellef weeze.
Wij doen ook waar we goet in sijn.
Dus je krijg fan mij een springend kopje en fan Tiga een megaharde boemskop en fan Chester een ‘piew’ en fan Simon een heeele harde krijs met een blij kopje derbij.

Tot de follegende keeer!!!
Liefs fan Leootje!