Tag archieven: Dorus

Loesje vertelt: assie ies biesonder mag fertelle 

biesonder

Deze week foel mij hart geluk en het is diep van binne. U weet mij hart heb feel snorhaare en ik fertel u iedere week wat mij eigen raak.

Wat Bert zei

Soms hebbie moeilukke dinge, dattie ferdriet foel in u hart. Maar soms ga jou zon zo hard scheine dattie er troopies van wor. Van mij eigen foel ik mij een beetje troopies in mij hart.
Mij erfaring is, jij maak van alles mee en zo wor jij rijk in jou hart. Dattie weet dat jij dinge op jou waarde kan schatte. Dat is belangrijk want jij kan ook oferdrijfe. Mij verkering Huiskater Bert heb mij eigen zo ferras. Hij zeg Loes, lieve Loes jij heb ies biesonder meegemaak met jou Doorie. Jij heb jou jonge ze stukje opfoeding meegegeefe toenie saame op zoomerfaakanzie was. Mij Bert zeg, Loes wat zouwie er van vinne assie er een Eeboek van maak? Toen liep er wel een traan ofer mij wang en het was van mij geluk.

Onse afontuure

biesonderAssie zoies hoor dan weet jij eeve nie wattie moet zegge. Jij zeg Meeoow want dat kan jij alteit zegge. Maar jij ben eigenluk Meeoowloos. U weet het misschien nie maar jij heb zofeel foorbereiding assie met jou jonge Amserdam ga ferkenne. Van mij eigen was ik er nog nooit gewees, maar er wor wel van jou eigen ferwach dattie jou jonge ze opfoeding geef. Dattie dinge fertel en dattie Amserdam weer op ze kaart zet.
U heb onse afontuure kunne leeze. Dat wij in mij Doorie ze flauwerpauwerauwtoo door Amserdam zijn gescheur. Wij heb saame feel gezien en meegemaak. Wij heb Mefrouw Anne Fank ze huis gezien, ze hoomoomoomument, mij iedool tante Leen. In ze Vondelpark kon mij Doorie ze eigen nie gedraage en hebbie ze behoefte gedaan waar jij nie blij van wor. Assie erop terugkijk foel jij wel jou schaamte want jij wil jou natuur nie feronreinige, maar jij heb er niks ofer te zegge. Jou jeug van teegewoordig doe ze eigen behoefte en zij denk er nog nie ofer na. Jij kan er selluf met jou schepje achteraan want assie poes ben van mij geenerazie dan hebbie meesal wel maniere geleer.
Gelukkig heb ik wel mij seefe heppieburger kunne eete bij meneer Mekdonnalts, dan foel jij jou eigen weer tot jou selluf koome. Mij moeilukse mooment was in mij Banaanebar! Oooh jij denk jij geef jou jonge ze ijsje, hij liep mij heele tijd al te zeure en jij wil het ook gesellig houwe. Maar wattie daar zie heb mij geloof in banaaneijs foorgoed ferander.

Van ze balkon af

Maar nu heb mij Bert dus zo een goed idee van ze eigen. Hij zeg Loes wij ga een boek maake van jullie afontuure en het wor jullie eigen Eeboek! Dattie onse boek diegietaal kan leese zeg maar, op jou kompjuuter en jou teelefoon.
Jij weet nie wat jij hoor, mij Doorie is bijna van ze balkon af gepoink. Hij heb nog nie sofeel boeke gemaak, hij kom nog maar net kijke van ze eigen.
Selluf heb ik ook mij traan gelaate en het was ofer mij wang. Jij ree-aa-lie-seer jou eigen hoe mooi het is dattie met jou Doorie jou Eebook mag maake. Dattie het nu nooit meer ga fergeete, ook al weet jij in jou hart dattie zo een zoomerafontuur heelemaal nie kan fergeete. Jij hoef nie op jou denkpaal te ligge en jij denk, gelukkig heb wij mij footoos nog. Jij heb jou heele Eeboek.
En tusse u en mij eigen gezeg en gesweege, mij Bert maak mij mooise boeke. Misschien weet u het nie maar mij Bert is schrijfer van ze eigen en hij geef ook boeke uit. Selluf heb ik er geen ferstand van, ik zeg het u eerluk. Maar assie zo goed uit kan geefe als mij Bert dan mag jij trots zijn op jou eigen. Maar mij Bert is bescheide van ze hart, dan blijf jij alteit wie jij ben.
En nu ga mij Bert dus onse Eeboek maake, met al onse afontuure in Amserdam. En wat u nie weet is dat wij nog een ekstra afontuur heb beleef, maar jij kan het alleen maar leeze in onse Eeboek. Onse Eeboek is dus spesiejaal.

Preesentaazie

biesonderMisschien ben u nu ook zo entoesjast en wil u weete hoe onse afontuure in Amserdam ferder ga en wil u niewe footoos zien? Van mij eigen heb ik biesonder niews want folgende week op donnerdag 27 augussus is onse Eeboek klaar. Dan ga wij saafonds om seefe uur ons feesje geefe en mij Bert ga dan onse Eeboek pree-sen-teere. U ben allemaal uitgenoodig om te koome en het is op mij Bert ze Feesboekpaagiena.
Mij Doorie en mij eigen serfeere hapjes, en u krijg ook ies te drinke. Ook assie zieke niere heb zorrug wij foor iets lekkers.
Maar u hoef er nie u deur foor uit want u kan het allemaal meemaake op mij Bert ze Feesboek. U begrijp dat ik van mij eigen nu feel zeenuuw heb. Jij maak het nie iedere dag van jou leefe mee dattie jou feesje heb omdat jou Eeboek uitkom. Op het eind van onse feesje kan u dan onse Eeboek douwnloode en het is graatis.
Mij Bert heb er ferstand van, het is iets tegnies. U hoef er nie foor naar u winkel of u kiejosk. U kan gewoon in u stoel blijfe zitte en onse Eeboek douwnloode heb mij Bert mij eigen fertel. En het is ook weeges Mevrouw Cooroona, wij heb haar nie uitgenoodig. Dattie weet alles is veilig. Jij moet teegewoordig oferal aan denke assie jou feesje geef. Mij hart hoop dattie allemaal kom!

Kom ook:

Pree-sen-taa-zie Eeboek :  Zoomerafontuure van Dorus en Loesje (inkluusief ekstra hoofstuk en footoos).

Wanneer: Donnerdag 27 augussus
Hoe laat: Seefe uur saafonds
Waar: Feesboekpaagiena Huiskater Bert
Feesje met Huiskater Bert, Loesje Huispoes en Kater Dorus

Wij hoope dattie kom,

Loesje

Dorus over: de herrufs fan mij enne me fjientjes

herrufs

Hajoooo iedeween. Hier isse weer uwes swartepanterbwogger Dorus. Wat wasse het heet he? Ooooh sjo errug.

Me mense maakte sig sorgen om me ommedat ik weiniger at. Me frauw maakte me koppie en keeltje klesnat. Soms maakte se me hewe lijfje nat. Ommedat ik 99 pjoosent swart ben apsorpeer ik meer son.

Herrufs

Van mijn dag gaat ik het oofer de herrufs heppe. Want die komp er weer aan. Ikke fin de herrufs weuk. Eg!! Er waai boomblaatjes oppe me balkon waar je weuk mee kan pele. Nau ligge er alteit blaatjes bij mij oppe ballekon, maar die sjijn gewoon fanne de pwante die daar staan. Die sjijn niet eg weuk. De annere blaatjes koom fan de boome in de tuine. En die wuike ook anners. Naar fooguls!! En ik fin de rege ook weuk hihihi. Sjoms kom ik klesnat binne omdat ik tege het hek aanleun.

Ikke hep natuurwuk aan eksepers om hun meening gefjaagt watte ze fan dit onderwerp finne.

Oompie Bert

We begin met oompie Bert. Hij sei Dorus, ikke fin hut eng dat het dan keihart wegent. En dan lig oompie Bert bij mefrauw Bert. Dan weet oompie datte hij feilug is. Oompie Bert seg datte aai-jen help tijdens de herrie, maar dat hij hut tog eng fin.

Oomie Bolle

herrufsMe follegenne slagof… euh… hihihi… mij follegenne ge-inter-fjoefte isse oomie Bolle.
Sijn meel naar mij begon met NEEEEEEEEEEEE ikke wil nie datte hut herrufs wor. Oompie Bolle fin storrum eng, het gewuit isse eng en hij hoort dinge falle en kwappere. (raar hoor, ikke ga dan op onnersoek uit)
Rege fin oomie Bolle superfies. (Oooh eg? ) Awwes wor nat. En oomie dan ook. (Datte is juis weuheukkkk hihihi) Onneweer fin hij ook nie weuk, maar segt oomie… hij isse er ook nie bang foor. Maar awween as hij feilig binnen is nattetuurwuk.
Maar hut wiefs wil hij datte hut soomer bjijft. En of ik dat ken regelle. (Hoe moe dat?)

Oom Dopey

Me follegene sijn oom Dopey. Hij neemp hut woort foor al sjijn inwonende fjientjes. Hij begin met datte hij sijn frauw een sgop onder haar uweetwelles moes geefe. Hihihi. Hun waare eigeluk de laase die met hun herfsfurhaal kwame. Terrewijl se het meteen doorgaafe. Oooooh wat erg!! Tauwte frauw!! Oom Dopey hep pas djie keer een herfs meemaak. En hij fin hut eng!! De wint blaas zijn pittigkortgeknipt kapseltje door de war. En de boomplaatjes aggerfolgen hem!! (Ooooh dat is eggiewaar eng) Ze haate wegen, want daar wor je nat fan. Maar tante Belle en oom Moby finne het juis weer leuk. En foor onneweer sijn se ook bang. (Oooh eg? Datte is tog weuk? )
En se geefe iedeween de gwoetjes.
Wief he?

Oom Doerak en neefie Bwikkie

En we gaane weer ferder mette de follegenne.
Oom Doerak en neefie Bwikkie. Hun finne de herrufs helemaal niet erg. Want dan gebeurt er wat inne hun jungeltuin. As het waait jaage se agger de blaatjes aan. Maar se moete wel uitkijke as het regent. Fooral asse se kwimme. En awwes wuikt anners as het heeft regent. Dan gaan se alles afsnuffele. Alleen finne se het niet weuk dat het sneller donker wor, want dan moete se naar binne.

 Tante Janou

We gaan ferder mette tante Janou. Een woefster fan bewoep.
Sij woeft dat se staaaaapelgek is oppe herfs. Ze is ook niet bang foor wegen. En se fin nat worre ook nie erg, (ooooh wat erg) want daar krijg se mooi kwullies fan. (Oooooh dat wil ik ook!!)

Mamsie

We gaane ferder met mamsie, oopa Floris en tante Sus.
Mamsie weet nies fanne herrufs, want se is een binnepoes. Se hep met frauwmamsie pjaat en frauwmamsie sei Loes… jij hep twee bewangrijke dinge asse herfs hep. De eerse isse is de hoetjessjow. (Ooooh ikke hep weer duisendmiljoen hoetjes moete passe.) En je hep wint mette herrufs. (Mahammmm, so hart sijn me wintjes niet, se wuike hooguit wat hard) Mamsie plak dus alle hoedjes goed fast op alle koppies.
Mammie isse ook bwij met herrufs, want dan isse frauwmamsie altijt frij.

Oopa Floris fin herfs keigaaf. Maar dat weet hij nie seker.

Me tante Sus fin de herrufs leuk omdat se dan tauwt mag sijn. Se wiep oofer de balkonrant eens naar een annere ballekon. Hihihi
Iedereen was in haar huis oofer hun stuur heen. (Ikke fjaag me eg af fanne wie ik hut tauwt sijn hep hihihi)
Se hoop het nooit meer te doen.

Bende fan ses

We gaane fjoluk ferder mette de bende fan ses.
Sei finne de herfs cool omdat er blaatjes rontfliege. (Gaaf he)
Ook finne se het gaaf datte se fein in hun mantjes tukke en het buiten guur weer is. Want hele erge wint finne se nie eg weuk. Se finne het eng. (Oooh eg?)
Ook wegen tege het raam finne se eng. Soms horen se harde knalle (hajoooo so hart sjijn mij sgeetjes niet hoor) en sien se ligflissen. Hun frauw seg dat dat onweer is.

Tante Roos

De laase is tante Roos.
Tante Roos jaag achter glas agger de blaatjes aan. Zij fin de stormen super. Haar frauw niet. Want de frauw van tante Roos hangt dan aan het plaffont. (Oooh eg? Kunne uwes daar eens een foowtoow fan make?)

Nau… dit was het foor dese keer. Ikke wil iedeween betanke foor hun hullup. Ik sluit af met een dikke koes
Foor MammaLoes.

Toedeledokie

Dorus

kater Dorus: asse geen flees meer wust

flees

Hajooooo daar benne ikke weer. Uwes ekspediesieondekkingskaaturfjientje Dorus. Waar ga ik het van mijn dag onnerannere oofer hebbe?
Nau… ies heel raars.
Ikke wus geen fleesje meer. Ook geen toktok en al hewemaal geen fis.

Bwikkies

Toen ik nog een beebiesiemeesje was luste ik nog fleesje. Fooral toktok en fis. Eg!! Ikke wuste toen ook nog bwikfoer.
Ik at meerdere bwikkies per dag op. Fooral moeseten. Sjo lekker.
En ikke luste heel gjaag ham. Maar op-me-eens hat ik sowiets fan bleh.
Ikke at me bakkie nie meer leeg. Me mense sate fan vind je het niet meer lekker joggie?
Nee, anners at ik het tog wel op?

Knorknor

Ik kjeeg vis uit de maggeneetwon. Dat at ikke foor de helf maar op. Frauw sei je kwijg fanself wel honger. Se kjeeg gewijk… maar ik at het niet op. Fies!!
Dus me puikie sei knorknor totte follegene oggent. Toen begon ik te huiwe. En toen kweeg ik ies wat egwaar supermegawekker is. Droge brokjes!!
Nouuuu dat ging er in. Ikke eten en eten. Ikke kjeeg eers maar 1 handje. Dus om 11 uur inne oggent kjeeg me puikie weer knor. Toen kweeg ik nog een hantje. Hapslikboer. Hihihi.

Sjupers

fleesIk hep nu al bijna een half jaar geen bwikkie meer ge-eet. En al langer geen vis of toktok meer.
En ik seg het eerwuk… ikke foel me sjupers!!
Ikke kjijg smorgens 2 handjes bwokkies en dat bjijf staan totte 2 uur. Maar meesal heppik awwes al keurig opge-eet hoor. Hihihi. Maar sjoms nie, en dan is hut om 2 uur foessie. En dan moet ik wagge tot fijf uur. En dat furdwijnt omme 10 uur. Want dan gaane we sjape.

Asse uwes denk offe ik geen fliegies meer eet… egggggwel hihihi. Dat kraak so wekker in me bekkie.
Maar geen wepse!! Wepse sijn stom. Ikke wert affeloope donnerdag gestooke in me pootje door soon stomme weps. Ikke liep ff mank. Maar dat was snel oofer hoor. Me mense seide nou Doorie… je hep je lesje geleert.
Nou… eg wel!! Ik bjijf uitte buurt fan wepse.

Wolletjedekens

Me mense ware twauwes dieselfde donnerdag naar hut asiel gewees. Ze heppe twee wolletjedekens naar hut asiel gebwacht. Frauw sei dat die fan Ooma katrien waar gewees. Eers mog ik ze hebben, maar ik wou ze nie. Ik vond se stom. En me mense seide dat het sonde was dat se maar werrekeloos laage. En nau heppe annere diertjes er wat aan. Ikke fin dat goet. Solang ze maar nie me Jiekiesjaapefaggie weg gaan geefe. Want daar sjaap ik graag op hihihi.
Ook heppe se al me moesbwikkies gedooneert!

Dit was het foor dese keer.
Ik sluit af met een dikke koes
Foor MammaLoes

Toedeledokie
Dorus.

Dorus en Loesje in Amsterdam (zomerblog 4-5)

zomerblog

Ikke kjeeg weer geen ijsje. We stapte oppe boot en weg ginge we. Op naar de Dam. Toen sag ik opeens een coole winkel. Er stond T A T T O O op. Oooh ik wau dat sien. We ginge naar de kant. Mamsie wau dat eigeluk niet.

Tattoo

– Doorie wat moetie daar van jou eigen. Jij ga nie teekeninge maake in jou vacht. Jij ben geen Piekasso.
Maar mamsie… we kun tog evve kijke?
-Jij ga jou eigen wel gedraage Doorie! En jij moet jou poote onsmette en jou kapje foor.
We besloot naar binne te gaan. Ooh wat sag het er vetgaaf uit seg. Ikke wau ook gjaag een taatoe heppe. Ikke sog een plaatje uit en nam plaats oppe stoel.
– Doorie, hebbie geen oorie! Jij ga daar somaar zitte op zo een groote tattoewaage-taafel bij de tattoewaage-meneer.
– Maar mahammm…
– Doorie, jij ben nog nie droog achter jou oorie. Jij ga jou eigen nie fersiere in jou vacht. Jij krijg het er nooit meer uit!
Nau… jullie snapte het al. Ik werd aan mijn oortjes de sjop uitgetrokke. Mamsie begon te vertel oofer tattoeweere.
– Doorie jij weet het nie maar jou tattoewaage stam af van zo een moeiluk woord. Mamsie ga het probeere uit te spreeke. Luister jij wel Doorie. Jij zeg eigenluk Taatuu en het beteeken streepe. Het is al zofeel jaare geleede, jij kan het nie befatte Doorie. Feertienduisend jaar foor Kristus. Froeger liep alleen slaafe en kriemieneele met zo een Taatuu. Daar wil jij toch nie bijhoore van jou eigen!

De Dam

zomerblogNou… we waar ondertusse weer in de boot. Op naar de Dam.
Mamsie begon weer te fertelle.
– Oooh Doorie jou Dam is ze plein in het midde van jou stad. Jij kan er jou poote breeke van zofeel ongelukkige stoepteegel. Jij ga er nie poinke en jij kijk uit foor jou MammaLoesje want zij breek ze nek. Jij moet er toch nie aan denke dattie ga ligge spartele foor ze koninkluk paleis en jij weet nie wat foor groote gebouwe allemaal. En jij heb ook urne maar daar moetie foorsichtig mee zijn. Jij weet nooit wie erin zit van ze eigen. En jij heb er twaaluf. Luisterie wel Doorie, het is belangrijk! Kom dan maggie een zelfie maake van jou Mamsie en jou eigen. Houwie jou kaamera wel recht Doorie, dattie er van jou eigen ook nog opsta. En mij dam natuurluk. Van mij eigen kom ik hier misschien nooit meer terug. Mij Bert geef er niks om…

Mekdonnalts

Ikke kjeeg honger. Ooh ikke sag mekdonnalts. Oooh mamsie… gaan we een purgertje ete? Magge ik dan een heppiemiel met zoon gaaf kadootje er bij?
– Jij ga nie knoeie en jou heele heppiemiel ofer jou vacht gooie. Gebruikie wel jou serrefetje! En jij moet jou poote onsmette.
Maar waarom moete ik nu weer een serrefetje om!!
– Om dattie jou eigen moet gedraage en jij ben met jou mamsie op stap! Oooh Doorie kijk hoe lekker. Jij weet nie wat jij zie. En jij kannie altijd diejeete van jou niere. Bestel jij maar seefe heppieburgers foor Mamsie in sjelei van meneer mekdonnalt.
Mamsie at en at. Mense stonde verschrikt te kijke hoe se sofeel kon wegwerke.
– Jij ga het nie in jou blog schrijfe Doorie, mamsie heb gewoon honger. Assie alleen maar nierdieet krijg wor jij swakjes.
Toen mamsie klaar was met ete ginge we weg.
We sauwe naar het Scheepvaartmuseum gaan.
De boot lag ies dieper toene we er in saate, maar we hadde lol. We sogte op joeptjoep een liedje op wat oofer fare ging.
We saate alle 2 van:
Faare faare wiede wiede waare, wij kom thuis om ze heppieburger fraage…
En toen sag ik HET!!
Een ijswinkel!! Met mijn fafforriete smaak!! Banaan!! Oooh ik ging poinken en poinken. We maakte beina waater!!
– Oooh mamsie… pliesss mag ik een ijsje?

Bananen

zomerblog– Fooruit dan, jou mamsie kan nie altijd nee zegge. En van mij eigen lus mamsie ook wel ze ijsje. Hoop dattie ook fanieljefla heb….
Ooh ik was sjo bjij. We ginge aanmere en stapte uit de boot. We moese een paar sentjes betalen en mogge aan een taafultje plaas neme. Mamsie keek goed naar de affestand van annerhalfe meeter. Ik kon niet stil sitte.
– Doorie weetie seeker dat wij in jou ijswinkel zijn? Die mevrouw heb zo aparte kleere aan. Hebbie ze eigen wel onsmet?
Evve laater kwame se met de banane. Oooh se sauwe, in ons bijzijn, dus de ijsjes zelf maak.
– Maar… maar… maar mammie, wat doen se nu??
OOOOOOOH
– Doorie, MEE! Jou oog dicht en meekoome. Affestand of nie…

Wordt morgen vervolgd…

Klik en lees hier deel drie van het zomerblog

Dorus en Loesje in Amsterdam (zomerblog 3-5)

zomerblogMammie sei dat we naar het Anne Frank huis en de Hollandsche Schouwburg sauwe gaan. We ginge eers naar de Hollandsche Schouwburg.

Hollanse Schouwburg

Daar mogge we gratis in assie maar denk aan jou affestand. Toene we binne kwaam zaag we een hele gjote muur fol met familiename van fermoorfe mense in de tweede zomerblogweereldoorlog. Duisende naame…
– Oooh mamsie… sjijn dees mense er niet meer?
– Lieve Doorie jij moet nu goed luistere naar jou MamaLoesje want jij zie nu zofeel ferdriet.
– Oooh snik snik.
Mamsie begon te fertelle ofer de geschiedenis.
– Oooh ik vin het moeiluk Doorie. Jij ben nou in jou Hollanse Schouwburg en ze heb hier veel Joode fast gehouwe foor dattie na ze konsentraziekamp ging. En er waare ook beebies bij Doorie. Soms heb dappere mense beebies naar buite gesmokkel en toen wer één beebie burgemeeser van Amserdam. Van me eigen ken ik hem nie Doorie maar hij heet Ed van Tijn. Mij hart heb er wel ferdriet van…
We legte madewiefjes neer en we ginge weer naar buite. Toen sei mamsie datte we naar het Anne Fankhuis sauwe gaan.

Anne Frank

– Mammie… naar wie? Wie was sei?
– Wij ga nu naar mevrouw Anne Fank in ze eigen huis. Assie mij eefe laat bijkoome van mij emozie van mij burgemeeser dan fertel mij eigen het zo. Oooh mij buik heb nu zofeel honger.
zomerblogIkke ging oppe kaart kijke waar ik heen moes rijen. Mammie had ik weer in auto gepjopt. Se pakte een zakje met garnaaale en begon te eet. De hele auwtoo sat onder de garnaaalekjuimels.
We ginge richting pjinsegjacht. Op naar het huis.
We parkeerte in de buurt fanne annehuis. Bij het homomonument. Daar stont een boot voor ons klaar. Maar we gingen eers dus naar het Anne Frank huis.
Ooooh wat een rij mense seg. Het was maar goet datte mamsie geregelt had datte wei so naar binne mogge lope. Anners hat we daar uuuuure staan wagge. Enne niemand die denk aan ze affestand.
We ginge naar binne.
– Mamsie… wat ruik het hier raar?
– Ooooh mij neus Doorie. Mij neus ruik kruide van meneer Otto Fank. Jij mag het nie ferder fertelle maar mij neus ruik liefer mij visboer.
Mamsie begon te vertellen oofer Anne Frank.
– Anne Fank was ze heele bekende Joodse meisje, Door. Zij heb ze eigen dagboek geschreeve. Toen zattie ondergedooke in ze achterhuis in Amserdam met ze zusje Margoo en ze pappa Otto Fank. Hij heb het als enige oferleef Doorie. Margoo en Anne Fank heb vlektiefus gekreege in ze konsentraziekamp. Toen had jij nog geen fierus van mevrouw Cooronaa. Maar assie vlektiefus krijg dan kan jij niemeer ferder leeve. Gelukkig is ze dagboek dattie geschreeve heb Doorie zofeel beroemd geworre. Zij heb zo ze eigen ferhaal kunne fertelle aan heel jou weereld. En het is belangrijk. Iedereen moet van ze eigen weete van Anne Fank en wattie allemaal heb meegemaak. Zij heb het selluf helaas nie oferleef dus wij heb alleen haar dagboek.
– Oooh mamsie… ikke weet niet watte ik moet sjegge. Sniksnik.
– Jij hoef niks te zegge jonge. Kom maar bij jou mamsie…
Ikke kjoop bij mamsie oppe schoot en liet mijn traantjes lopen. Nadat ik uitgesnikt was sei mamsie dat we verder gingen.

Homomonument

zomerblogWe liepe naar het Homomonument.  Ook daar wist mamsie wat over te vertellen.
– Doorie nou moetie jou groote oor spitte en jou oog goed gebruike. Assie goed kijk zie jij één groote rose driehoek en het is van graaniet. Het sta simbool foor alle hoomoomanne en hoomoovrouwe die in ze tweede weereldoorlog omgekoome zijn. Zij wer fermoord om dattie hoomoo zijn. Jij snap er toch niks van dattie soiets doe. Wie fersin soiets??
Toen zei mamsie iets waardoor ik opkeek. Ze noemde Jiekie en mijn naam en sei iets:
-Doorie, MammaLoesje ga jou nou iets zegge waar jij goed na moet luistere. Jij ga trots zijn op jou eigen en op jou Jiekie. Assie twee katers ben en jij ben ferlief op elkaar dan bennie hoomoo. Maar jij ben mij jonge, mij beebie, mij Doorie. MammaLoesje is trots van ze hart en foel liefde foor mij jonges. Jij ben goed zo assie ben Doorie, het maak niks uit van wattie ben. Jij ben jou eigen en jij heb jou eigen moonuument.
– Oooh mamsie… ikke ben er tjots op!!
We gingen naar de boot toelopen die klaar stond voor ons. We sauwe langs de westertoren varen richting dam. Mamma wou daar naamelijk ook heen.
Flak voor we opstapte froeg ik wat aan mamsie.
– Mammie… mag ik een ijsje?

Wordt morgen vervolgd…

klik hier voor het vorige deel: de tweede aflevering van het zomerblog