Tag archieven: huiskater bert

Over het verschil tussen lui zijn en rieleksen

lui

Deze foto stond gisteren op mijn feesboek. Ik ben aan het doezelen en dat kan ik omdat ik rieleksen heel belangrijk vind. Dus ik ben niet lui, dat ga ik nou uitleggen.

Lui

Eerst wat lui is volgens mij. Dat is dat je je de hele tijd bleeh voelt als je denkt ik ga iets doen. Je wilt niks en je hebt nergens zin in en je weet het verder ook niet. Nou dat heb ik alleen als het keiheet is en verder niet. Dan is het ook gezond om lui te zijn, zegt mijn vrouw. Anders niet.

Rieleksen

Nou wat rieleksen is. Dat is dus dat je je veilig voelt en dan ga je ontspannen dus dat je je helemaal slap en gezellig voelt van binnen. Dus dat is positief. Het is iets goeds. Nou ik hier al langer woon kan ik ook steeds beter rieleksen.

Doezelen is dat je nog een beetje slaapt maar je bent toch wakker dus je weet wat er om je heen gebeurt alleen je let er niet echt op, en je voelt je warm en tevreden. Dus dat is ook positief.

Over mij

Van mezelf ben ik niet lui. Want ik ben als kater positief ingesteld, dus dat ik dingen leuk vind als ik me veilig voel. Dan hou ik van rennen en spelen en in en uit de vensterbank springen en al die dingen meer. Actief zijn. Maar het is ook zo dat ik elf jaar ben dus dan ben ik senior en ik moet echt op mijn slaap letten.

Daar komt nog bij dat mijn vrouw graag wil spelen met lintjes en veters vooral. Dus dan doe ik mee. En soms begin ik ook zelf. Een propje papier vind ik soms ook leuk.

Lui ben ik niet. Alleen kan ik goed rieleksen en daar heb ik dan ook best op geoefend.

Dit was mijn wiekentsnek (filmpje)

Als het wiekent is, dan heb ik recht op een wiekentsnek. Maar ik weet nooit wanneer die komt en wat het is. Gistermiddag riep mijn vrouw opeens: “Bert, heb je trek?”

Toen begreep ik meteen wat ze bedoelde.
Maar ik dacht toch, rustig aan.

Streep

De vorige wiekentsnek was een streep. Echt heel gek. Maar toen rook ik gelukkig dat het
lekker spul uit een staafje was dus ik kon het goed eten en daarna ging ik lekker uitbuiken
op de bank en keihard spinnen. Alleen wist ik dus niet wat er deze keer op een bord zou
liggen.

Toen het kwam, keek ik eerst. Daarna rook ik. Hmmm. Jaaa.

Voskes

Dit kende ik en toch was het volgens mij nieuw. Een kupje van Voskes en de vorige keer had ik tonijn op en dit was ook tonijn maar dan met kip. Dus het was dubbel lekker. Alleen was het lastig eten, daar ben ik eerlijk over.

Zo’n kupje zit helemaal vol. In de keuken had mijn vrouw het een paar keer doorgesneden en een beetje saus gemaakt. Dus best luuks op zich.

Maar het was glibberig dus ik moest er eerst omheen eten en toen gleed het van het bord af. Daarna pakte mijn vrouw een vork en ze maakte het los. Had ze meteen moeten doen, dat eet voor mij toch fijner, zeg nou zelf.

Wat ik vind

Dit uit die kupjes is goed spul. Het ruikt lekker en het smaakt super. Alleen je hebt serieus wat hulp van thuis nodig om het te eten anders kun je niet netjes eten. Het komt van de dierenspeciaalzaak en je hebt dan zes kupjes voor drie euro ongeveer. Er zijn best veel smaken, zei mijn vrouw maar ze kocht toch alleen deze.

Ik lust dit wel elke dag maar zeker weten dat ik dat niet krijg.

 

Als ze thuis de hele tijd zo bezorgd is

bezorgd

Met mij gaat alles goed, serieus waar.  Alleen heb ik het weleens dat ik denk: moet ik het nou alweer uitleggen. Mijn vrouw kan veel te bezorgd zijn, eerlijk waar.

Wakker

Vooral toen ik hier pas woonde, was het erg. Dat snap ik wel een beetje want Tim was toen net over de Regenboogbrug gegaan.  Als ik dan heel diep lag te slapen, riep mijn vrouw tegen me: “Bertje je bent toch niet dood?” Nee, ik sliep maar nou ben ik wakker. Dan kreeg ik knuffels, omdat ik nog leefde.  En ik dacht knuffels zijn knuffels, deze pak ik mooi mee.

Of ik lag lekker te soezen, en dan keek ze opeens zo intens naar me en ze zei dan: “Volgens mij ben je apatisch”, en ik wist dat zoiets niet goed was maar als ik dan even keek en een pootje bewoog dan was het weer in orde.

Dagen

Eerlijk waar, er zijn dagen dat ik er een beetje flauw van word dat overbezorgde. Waar heb ik mee te maken?

  • als ik goed bezig ben met water drinken, dan is ze bezorgd dat ik het aan mijn nieren heb
  • drink ik geen water omdat ik even geen trek heb, dan moet het juist anders droog ik uit
  • lig ik helemaal voluit zodat je al mijn buikspieren kunt zien dan krijg ik commentaar op mijn gewicht en dat ik geen diabeet-kater moet worden dus dan moet ik gymmen
  • sta ik gunstig zodat mijn atleetiese postuur goed zichtbaar is dan denkt ze dat ik ben afgevallen en ik weet gewoon dat ze aan schildklierproblemen denkt, erg hè?

Nou en zo is er wel meer serieus waar. Misschien is elke vrouw wel zo dat weet ik niet zeker.

Rustig

Van mezelf heb ik een rustig karakter dus ik kan wel wat hebben van thuis. Ik blijf er ook meestal mezelf onder, het is even die vraag of dat gesprek en als ik mijn kop in de luisterstand zet, is daarna alles weer normaal.

Maar ik vraag me toch af: hoe doen anderen dat thuis?

Hoe ik toch mijn wiekentsnek kreeg

Gisteren was het nog best warm in huis maar het was ook wiekent en dan wil ik een snek. Een wiekentsnek. Maar mijn vrouw was druk in huis. En ik dacht, wat moet ik doen.

Extra

Elke avond krijg ik een snek maar overdag iets extra’s dan voel ik me zo tevreden. Opeens iets lekkers en erna op de bank liggen in de arm van mijn vrouw en dan moet ik spinnen dat is het nagenieten. Wegens mijn gewicht en gezond krijg ik alleen overdag in het wiekent een snek. Zelf pakken lukt niet want alles staat op het aanrecht en daar kan ik niet bij. Dus ik moet wachten tot ze aan mijn snek denkt.

Wachten

Gisteren dacht ze nergens aan dat zag ik gewoon. Ik zat op het tapijt en ik wilde een snek. Ik wachtte en wachtte en er gebeurde niks. Wachten is moeilijk als je iets graag wilt.

Aandacht

Dus toen dacht ik nou moet ik voor mezelf opkomen en aandacht vragen. En dit is wat ik deed:

  • eerst liep ik heen en weer ik dacht dat ziet ze vast maar ze zat aan haar werktafel te typen en ze keek geeneens
  • toen ging ik miauwen en ze keek om en zei “hoi Bertje” en toen typte ze gewoon verder
  • daarna ben ik dichtbij haar werktafel gaan staan, ik keek heel intens naar haar hoofd en deed mijn bek wijd open zodat er een korte miauw uit kwam, en dan steeds achter elkaar nou dat hielp!!

Ze keek en zei: “Jij hebt behoefte aan een wiekentsnek.” Ik miauwen van ja en voor de zekerheid liep ik vast richting keuken. Als huiskater moet je optimaal duidelijk zijn.

Spul

En ik heb er helemaal geen spijt van!! Er kwam van dat spul uit een staafje, het smaakte naar vis en het lag in water maar daar heb ik weinig van gedronken, want dat was geen snek. Erna ging ik nagenieten. De wiekentsnek was superheerlijk geweest.

Waarom langzaam aan bijkomen het beste is

langzaam

Het hele keihete is weg. Nou moet ik langzaam aan weer mijn gewone dingen gaan doen. Mijn adfies is hoe langzamer hoe beter.

Kitten

Ik ben al heel lang geen kitten meer dus dan leef ik anders. Als kitten wil je rennen en springen en gek doen de hele tijd, maar als senior katerman kijk ik anders tegen de dag aan. Na dat keihete moet ik bijkomen.  Ik voel het in mijn lichaam.

Eerlijk waar, heet vind ik moeilijk. Mijn vacht is dik, mijn poten zijn breed en ik ben ook nog eens een maatje meer kater en dan heb ik ook nog dat ik snel bang ben dus ik ga zeker weten niet in mijn eentje in de badkamer liggen.

Uithouden

Dus ik lag voor de ventilator. Op de bank. Op het krukje bij mijn vrouw. ’s Nachts heb ik even op de planken van de slaapkamer gelegen want ik wilde bij haar zijn en op bed was veel te warm dus dat hield ik niet uit.

Ik nam poezenlimonade maar dat lustte ik ook niet elke keer, van de hitte werd ik flauw van binnen. En ik deed dutjes. Ik kreeg knuffels dat was warm maar ook heel fijn.

Aan spelen met het lintje of de veter dacht ik geeneens.

Dus met niks doen en toch de hele tijd bezig zijn met wat moet ik doen, zo kon ik het uithouden.

Bijkomen

En nou voel ik me beter. Gewoner. Maar ook ben ik een beetje moe van de hele tijd de hitte uithouden. Dus nu ga ik bijkomen. Dat vindt mijn vrouw ook verstandig van me want ik ben al elf jaar en dan moet ik toch aan mijn leeftijd denken. Ik ga rustig aan doen. Door het huis lopen en ruiken hoe het is. Slapen wegens het fijn en ik hoop dat ik een snek krijg om nog meer bij te komen. Alles langzaam aan en zonder hitte, dat is echt fijn en dat is mijn adfies om het zo te doen.