Tag archieven: huiskater bert

Wat ik in de vensterbank doe (filmpje)

Ik ben een huiskater die van rieleksen houdt, maar ik ben ook een huiskater die vaak in de vensterbank zit. Dat is mijn werk. Opletten.

Wiekent

In het wiekent was er opeens heel veel zon en dan kunt u zeggen: Bertje ga nou van het leven genieten en doe niks, maar werk is werk. Daarom zat ik daar in de zon. Ik ben dus controleur vensterbank. Dat is zitten en de hele tijd op de straat letten dat ik weet wat er gebeurt. Dit wiekent zag ik:

  • drukke mensen dat was best raar dat er opeens meer mensen op straat waren dus ik bleef kijken
  • auto’s in de straat naast mijn straat dat is normaal
  • aan de overkant van de straat zat een vogel ik werd er gespannen van en toen moest ik dat later eruit miauwen. Ik miauw nooit zomaar alleen om mezelf te uiten dus dan is het nooit een mooi geluid maar wel helemaal uit mezelf en daar gaat het om.

Werk

Dus dat is mijn werk. Dat heb ik zelf bedacht en ik zie ook alles dus ik ben er best goed in. Alleen als er hele moeilijke geluiden zijn of veel vogels, dan voel ik me bang dus dan moet mijn vrouw kijken. En ook als er van die grote auto’s door de straat rijden. Of als de glazenwasser komt. Als je werkt moet je weten waar je goed in bent en wat je niet kunt, dat is gewoon zo.

Bijkomen

Als ik voel nou kan het wel, dan moet ik bijkomen. Meestal meld ik me bij mijn vrouw voor een knuffel en dan kriijg ik ook een compliment. En dan ga ik slapen en dan is de beste manier om bij te komen.

Ik wil ook zeggen dat ik niet elke dag in de vensterbank zit, dat doe ik op gevoel, dat ik van binnen weet nou is het nodig.

Verder help ik thuis met allerlei dingen maar dit is echt mijn werk, en persoonlijk vind ik het belangrijk want daardoor voelt mijn vrouw zich veiliger thuis, dat zegt ze zelf.

 

 

 

 

 

Loesje over: mij eigen naam

naamVorige week lag ik op mij denkpaal te slaape in de zon en me vrouw riep mij. In mij verte hoorde ik mij eigen naam, Loesje.

Mij neus bewoog want ik dacht misschien heb mij vrouw sneks voor mij? Dan wil ik wel mij aandacht erbij houde. Maar ik hoorde alleen mij naam, ik rook niks met mij neus. Van mij eigen vind ik wel, voor mij naam alleen hoef ik niet wakker te worre assie net lekker lig te slaape. Mij naam is mij naam, iedereen heb er een. Mij eigen naam is Loesje en mij vrouw zeg altijd Loesje, er is maar één Loesje!  Vandaag wil ik U vertelle over mij naam en ook over andere naame. En ook hoe ik Loesje ben geworde.

Mij eigen geheim

Ik moet U eerst vertelle wat mij eigen geheim is. En ik vind het best moeilijk want ik heb het nog nooit verteld. Toen mij vrouw mij vond in mij asiel kende mij vrouw mij eigen niet. Ze wist niet dat ik Loesje was en ik zeg het u eerlijk, ik wist het ook niet. Mij naam was anders, mij naam was geen Loesje. Ik vind het moeilijk om te vertelle want voor mij eigen ben ik Loesje. Voor al mij vrienden van mij Feesboek ben ik Loesje. Hoe kan het dan zijn dat ik in mij asiel geen Loesje was.
In mij asiel was ik Rocky, mij vrouw heb het mij later verteld. Ik kreeg moeilijke gefoelens want Rocky ken ik niet. Hoe kan ik mij eigen nou niet kennen? Mij vrouw was lief voor mij en ze nam mij mee. Ze nam mij mee naar mij nieuwe leeve en ze keek in mij ooge. Ik was verleege, ik voelde mij hart. Het was mij bijzondere moment, ik voelde haar hart. Ze zei, Loesje, jij ben mij lieve Loesje. Ik voelde mij traan in mij oog, mij vrouw kende mij. Ze sprak met zachte stem, ik voelde mij eigen rustig worde. Ze aaide langzaam mij vacht en mij kop en ze zei Loesje, ik heb je gevonde. Mij hart ging open van me geluk, toen werd ik mij eigen en het was intens.

Jou naam groeit met jou mee

Een naam voor mij eigen vind ik wel belangrijk, dat jij weet wie jij ben. Mij vrouw heb me wel verteld dat er meer Loesjes zijn in mij wereld. Maar ze zeg ook, jij ben wel jou eigen Loesje. En mij vrouw heb hier wel een punt assie goed nadenk. Jij ben altijd jou eigen en jou naam groeit met jou mee. Zo word jij jou eigen naam.
Als poes houd ik best van naame. Mij visboer heet Toon, van mij Tonijn. En mij Bert heb ze mooiste naam van mij Feesboek. Mij Bert heet Adelbert Cornelis! Mij hart smelt, ik vind het roomanties. Het heb iets te maake met ze familie, maar misschien is mij Bert wel van adel. Hij heb er wel ze loeks voor, mij Adel Bert. En ze vrouw wist ook meteen, dat mij Bert Adelbert was. Hij loop er van ze eigen niet mee te koop, mij Bert is bescheide. Soms zeg ik Adelbert en dan luister hij niet eens. Hij blijf wel een katerman. Misschien word ik ooit nog Loesje Cornelis van mij eigen. Dan heb mij naam ook gelijk ze graatje meer.
Prinses Katrientje heb ook haar eigen bijzondere naam. Het lijk op de naam van mij vrouw maar die is weer geen prinses van ze eigen en Katrien wel. Zusje vind ik ook logies want zij is mij zusje.

Hoe ik reageer op mij leeve

Mij naam is wie ik ben van me eigen en mij naam is hoe ik reageer op mij leeve. Ik luister altijd naar mij naam, ik spits mij oore en soms kom ik zelfs aanloope. Dan heb ik gelijk mij beweeging voor mij dag weer gehad. Ik herken ook mij vrouw ze stem, ik voel liefde assie mij roep. U weet ik ben gefoelig en ik heb nu meer erfaring. Van me eigen bepaal ik nu zelf of ik reageer.
Soms hoor ik dat mij vrouw mij roep om niks, gewoon omdat ze mij aandacht wil. Dan til ik alleen mij ééne oog op en mij vrouw weet dan van ze eigen meteen hoe laat het is. En assie aankom met ze footodinges dan wil ik mij naam niet eens hoore. Maar meestal hoor ik mij naam en ruik ik tonijn door mij letters heen. Dan ben ik ineens bijna atleeties en ik voel, alles in mij eigen sta op scherp. Mij naam breng mij tot mij leeve.

Dat u naam klop

Misschien denk U het maak niet uit hoe mij naam is? Als u beestje maar een naam heb. Maar in U hart wil U dat u naam klop met wie U ben of wil zijn. Van mij eigen wilde ik altijd al Loesje zijn, huispoes ben ik geworde op mij Feesboek. Ik voel mij Loesje van mij kop tot mij staart. Gelukkig wist mij vrouw het ook en heb ze mij de kans gegeeve Loesje te zijn.
Mij hart heb nu een naam. Mijn naam heb een hart. Het klopt van ze eigen…

Liefs van Loesje

Of ik te veel slaap, vroeg mijn vrouw

slapen

Als huiskater zijnde krijg ik de hele tijd commentaar over wat ik doe en wat ik laat. Dat is fijn als het complimenten zijn. Maar er zijn ook moeilijke vragen. Of ik niet te veel slaap, vroeg mijn vrouw laatst. Hoe moet ik dat weten?

Waarom ik slaap

Ik slaap omdat ik het nodig heb maar ook voor de gezelligheid. Als er monteurs zijn geweest slaap ik om bij te komen en dan kan ik ook vergeten dat ik bang was dat verdwijnt dan vanzelf.  Toen ik zo slecht was met mijn tanden, dat was voor de operaazie, toen ging ik slapen omdat ik er even niet wilde zijn. Na de operaazie deed ik dat niet meer. Dus ik bedoel te zeggen dat ik helemaal geen gekke dingen doe met slaap volgens mij want dat dacht ze en te veel slaap ik dus niet. Nou toen zei mijn vrouw iets dat ik niet wist.

Slaapgeluiden

Dat ik soms snurk, dat weet ik. Het kan zomaar gebeuren dat ik wakker schrik van mijn eigen snurk, die is dan even hard geweest.  Daarna slaap ik gewoon weer door.

Maar nou is er wat nieuws. Ze zei dat ik slaapgeluiden maak, dat ik met mijn stem kreun en zaag en zing, en het kan zo hard zijn dat ze er wakker van wordt en dan vindt ze het gezellig en dan kan ze weer slapen.

Ik vond het raar. Zij doet dat nooit en ik zeker wel.

Ontspannen

Persoonlijk denk ik dat het best waar kan zijn omdat ik steeds beter in ontspannen ben. Ik woon hier nou al jaren en het is niet zo dat je als huiskater af bent, je leert steeds meer en dat geldt ook voor mij. Van mezelf ben ik onzeker en ik heb ook angstklachten maar ik heb al heel lang geen druppels meer nodig. En ik durf dingen die ik vroeger moeilijk vond, zoals met kraakpapier spelen. Een hele tijd geleden kwam er een stofzuiger daar kan ik ook tegen.

Dus het is volgens mij logies dat ik nou dieper durf te rieleksen wegens dat ik me eigen hier veiliger voel en gewoon goed. Daar komen de slaapgeluiden dus door. Zo zie ik het.

Wat ik doe als mijn geduld op is

geduld

Ik ben een kater die van binnen best rustig is, maar soms serieus waar soms is mijn geduld op. En dan bedoel ik het geduld dat ik met mijn vrouw heb.

We wonen nou best lang samen en ik heb het superfijn net als zij. Want zij zegt dat we alletwee een thuis hebben dankzij elkaar. Ik kwam uit het asiel. En zij had niemand meer toen haar kater Tim over de Regenboogbrug was gegaan. Nou toen kwam ik dus.

Veilig

Het fijne van hier vind ik dat ik elke dag weet wat er gaat gebeuren. Dat is omdat elke dag op elkaar lijkt. Alleen in de straat is het anders op een dag dan weet ik dat het zaterdag is. En de dag erna blijft mijn vrouw de hele dag binnen dus dan is het zondag. Verder is alles hetzelfde. Daardoor voel ik me veilig.  Alleen gaat het soms toch nog mis.

Tijd

Gisteren gebeurde het weer. De dag was begonnen en ik zat al in de vensterbank. Even naar buiten kijken voordat ze uit de slaapkamer komt. Maar ze kwam niet. En van binnen voelde ik dat het allang tijd was, allang serieus waar.

Ik voelde me raar van binnen. Een beetje onrustig. Het was gewoon niet in orde en alles moet in orde zijn anders is het verkeerd.

Dus opeens was mijn geduld OP en ik dacht nou moet je wat doen Bert.

Roepen

Ik sprong keihard uit de vensterbank – BOEM-  en ik rende keihard de trap op, het maakte veel lawaai, en toen stond ik op de overloop en daar heb ik keihard geroepen: MEEWWWW!!

Net zolang tot ze zei: “Ja Bertje, ik sta op, je hebt gelijk.”

Ik ging alvast naar beneden en ja hoor, ze kwam ook. Ik kreeg knuffels en bij mezelf dacht ik, goed gedaan, zo doe je dat als huiskater zijnde wanneer je geduld op is.

Waarom er steeds meer werkende katten zijn

werkende katten

Ik ben een werkende kat en mijn beroep is controleur vensterbank. Dat werk doe ik op gevoel. Dan hop ik in de vensterbank en kijk naar de straat. Alles moet rustig zijn. Rust is goed.

In de eerste tijd dat ik hier woonde, had ik geen idee dat ik zoiets zou doen. Ik kwam uit het asiel en daar had ik maanden gewoond, dus dan ben je blij als je een huis krijgt en een beetje kunt wennen. Het was slapen, spelen tegen de spanning en leren hoe we samen moesten knuffelen. Daar heb ik ikweetniethoelang voor nodig gehad. Wennen kost tijd. En zelfvertrouwen krijgen helemaal.

Werk

Op een dag zat ik in de vensterbank naar de straat te kijken. Er liepen mensen. Eentje keek naar boven, naar mij. Ik miauwde. Toen liepen ze uit de straat en het was weer rustig. Dar kwam door mij. Van thuis kreeg ik knuffels en complimenten: “Goed gedaan, Bertje.”

En toen dat soort dingen vaker gebeurde, wist ik dat ik iets kon. Dus deed ik het vaker. En zo groeide ik in mijn werk. Dat kwam ook omdat ik meer zelfvertrouwen had.

Feesboek

Veel van mijn Feesboekvrienden helpen thuis mee. Boodschappen  nakijken,  op je man of vrouw letten dat ze geen gekke dingen doen,  een pootje uitsteken als er gecomputerd moet worden, de tuin bewaken, nou van alles.  En mijn verkering Loesje geeft zelfs worksjops en kurzus voor de meedietaasie, dat is ook werk.

Hoe kan dat nou?
Ik denk dat katten aan eemansiepazie doen. Dat ze wel een kat zijn dus geen mens, maar wel een persoon net als een mens.  En dat we dus ook meetellen.

Dat zegt mijn vrouw en ik vind het ook. Bij mij thuis zijn we alletwee de baas dat hoort er ook bij. Ik wou alleen dat ik meer sneks kreeg maar daar helpt de eemansiepazie  niet bij, dat is raar, als u het mij vraagt.