Ikjes heb een soolzusje. Ze heet Loesje en we hebben elkaar op Feesboek ontmoet.
Bij Bertje en toen kreeg Loesje haar eigen Feesboekpagina en ikjes ging zingen en toen waren we soolzusjes. Ik heb een brommert. En Loesje heeft verkering. En toen ze bij mij thuis zeiden dat er Kerstmis aankwam toen mocht ik aan de telefoon om Loes te bellen.
Aan de telefoon
- Hallo Loesje, met ikjes. Hoe is het met je?
- Oooh Katrientje, ik ben aan het uitbuiken van me tonijn. Ik lig op me eigen meedietaasiepaal en ik doe ook oefeningen.
- Oooh gaaf maar waar ik voor bel. Ik heb moetsjo zakgeld en ik wil lekkers kopen voor de diertjes in het asiel. Wil je met mij meegaan?
- Ik? Ooooh Katrien ik voel nu veel moeilijke gevoelens. Van vroeger toen ik ook in ze asiel zat. Toen voelde ik mij niet gelukkig, ik was ook bang Katrien.
- Ooooh daar heb ik helemaal niet aan gedacht.
- Wat als ze me weer willen houden? Ik vind het best moeilijk als ik het van me eigen mag zeggen.
- Neeee natuurlijk houden ze je daar niet.
- Oooh Katrien, ik voel me hartje en traantjes. Ik wil niet weg bij me vrouw en ik heb ook verkering met me Bert.
- Oooooh kom in mijn pootjes lieverd. Weet je, ik ga even met het DOA bellen. Dan weten we meer.
- Doe je dan wel zeggen dat ik niet wil blijven van me eigen. Dat ik al me huisje heb gevonden. Oooh ik ga nu eerst me tonijn eten.
Aksie voeren
Nou toen heb ik de telefoon nog in mijn pootjes gehouden. Ik naar het DOA bellen. Ik zei dat we aksie wilden voeren en Loesje bang was dat ze ons wilden houden.
Zou echt niet gebeuren hoor zeiden ze. En aksie voeren was goed.
Dus ikjes op mijn brommert naar Loes toe. Ikjes hoefde maar 71 boompjes te rijden.
- Halloooo Loes.
- Oooooh Katrien, je bent er al. Prrr, prrr, prrr, ik moet nu spinnen van geluk.
- Ik heb lekkere dingetjes bij mij zodat we kunnen snekken tijdens het ooferleg.
- Snekken, ooooh ik ben nu de gelukkigste Loesje. Ik zie garnaale en zalm en kipmootjes, ooooh ik voel mij eigen nu zo fijn. Kom maar snel binnen Katrien dan gaan we in me mand zitten en de Lei-jon King kijken dan kan ik aan Bert denken. Ja wat gebeurde er: Loesje valt in slaap. En toen ze wakker was, voelde ze zich bang.
Ja wat gebeurde er: Loesje valt in slaap. En toen ze wakker was, voelde ze zich bang.
- Oooh Katrien, ik voel mij eigen zo verdrietig. Me droom was een nachtmerrie. Dat ik toch in ze asiel moest blijven en ik mocht me Bert niet meer zien op me kompjuuter. Maar ik heb wel verkering van me eigen!
- Ooooh lief dinnetje. Kom maar in mijn pootjes hoor. Je hoeft echt niet bang te zijn.
Naar Amsterdam
Nou zo zijn we dus in slaap gevallen dat kan best als je soolzusjes bent. En toen zeg ik nou moeten we naar Amsterdam om spulletjes te gaan kopen voor de dieren in het asiel.
Morgen in deel 2: Loesje vertelt over spullen kopen