Mijn eerste kattenliefde was Beer.
Op een dag zag ik een rode kat door onze tuin zag lopen. Dat was de eerste keer dat me een kat echt opviel. Ik was toen namelijk nogal bang voor katten, en vond ze ook niet leuk (dacht ik). Ik was honden gewend.
Ik maakte een klikgeluidje met mijn tong in de richting van de rode kat en hij kwam aanlopen. Ik durfde hem niet te aaien (want ik verwachtte dat hij meteen zou gaan krabben…) dus ik praatte tegen hem. Hij luisterde en bleef een tijdje in de tuin zitten.
De volgende dag kwam hij weer. Ik zat te lezen op een stoel, en hij ging voor me op de tegels liggen. Na een tijdje draaide hij zich op zijn rug en viel zo in slaap.
Ik was meteen helemaal weg van hem. Of haar? Dat wist ik niet.
Tuinvriend
Vanaf die dag kwam de kat vaker. Ik aaide hem nooit, maar speelde met hem. Met takjes en lege slakkenhuisjes en van alles wat in de tuin lag. Hij was mijn tuinvriend.
Hij kwam ook bij onze oude buren. Die voerden alle katten in de buurt. “Roodje” zoals ze hem noemden, kwam elke dag wat brokjes halen. Maar waar hij woonde wisten zij niet, en wij ook niet.
Ineens bleef de kat dagenlang weg. Ik was meteen in paniek, want ik voelde dat het niet klopte. Er was iets mis. Maar ja, wat kon ik doen?
Nadat hij twee dagen niet langs was geweest hing er op alle voordeuren in de straat een pamfletje. Pino van het restaurant om de hoek werd vermist. Met een foto van Roodje erbij.
Na een dag of vijf stond Pino ineens weer bij ons voor de achterdeur! Hij stond echt te springen en te dribbelen van enthousiasme en ik liet hem voor het eerst binnen. In de woonkamer ging hij meteen over de vloer liggen rollen van blijdschap.
Waarschijnlijk had hij ergens in een schuurtje opgesloten gezeten. Hij stonk vreselijk, naar kattenpies en stof en schimmel.
Hij bleek al bij de buurvrouw te zijn geweest en had daar zijn buikje rond gegeten.
Ik ben meteen naar het restaurant geweest, om te vertellen dat hij terecht was.
Hij was daar nog niet geweest. Maar nu wisten ze dat hij veilig en gezond was.
Met Pop
In de tussentijd was Pop bij ons komen wonen. Mijn tweede grote liefde. Al onze katten zijn mijn grote liefdes, trouwens. En ik heb ze allemaal even lief.
Maar goed, we hadden dus een kattenluikje.
Pop en Pino waren dikke vrienden, vanaf het begin. De eerste keer dat Pop Pino in de tuin zag viel zijn bekkie wijdopen. Van verbazing of van bewondering? Hoe dan ook liep hij Pino meteen achterna, en liet hem niet meer met rust als hij hier in de tuin was
Pino kwam bijna elke nacht naar binnen, om op onze bank te slapen.
Het restaurant ging om elf uur in de avond dicht, en meestal zagen we hem dan zo rond half twaalf verschijnen. De hele nacht sliep hij op de bank, vaak samen met Pop.
Rond drie uur in de middag vertrok hij weer richting restaurant, dat dan open ging.
Pino wilde liever niet geaaid worden. Hij deed niks als je het probeerde, maar het was duidelijk dat hij er niks aan vond. Een aai over zijn kop vond hij prima, maar meer hoefde niet. Als je dat toch deed ging hij een soort van kwaken. MRAAK MRAAK MRAAK, steeds harder en steeds bozer. Hilarisch om te horen.
Soms zeiden we voor de grap “ Zullen we je eens aaien?!” terwijl we op hem afliepen met een uitgestoken hand. Dan dribbelde hij al kwakend snel voor ons weg.
Daarom lieten we hem zoveel mogelijk met rust, maar we praatten altijd wel tegen hem.
Ik had inmiddels bij het restaurant gezegd dat als het ooit zo uitkwam, wij Pino heel graag erbij wilden hebben. Dat hij en Pop dol op elkaar waren, en dat Pino vaak bij ons langs kwam.
Maar om eerlijk te zijn WIST ik gewoon dat Pino bij mij hoorde. Dat hij ooit bij ons zou komen. Dat kon gewoon niet anders. Daar heb ik altijd op vertrouwd.
Grote Beer
Maanden gingen zo voorbij. Tot Pino ineens ‘s nachts bij ons in bed klom, en helemaal tegen ons aankroop.
We waren helemaal in paniek. Waarom gedroeg hij zich zo vreemd? Waarom wilde hij ineens steeds bij ons zijn? Was dit zijn manier van afscheid nemen?
Toen ik de vrouw van het restaurant sprak zei ze dat Pino niet meer naar binnen mocht komen. Er waren klachten geweest van klanten, dat er een kat in het restaurant was.
Dus mocht hij van de ene op de andere dag ineens niet meer de ruimte in waar hij al jaren woonde. Terwijl hij zijn mensen (…) gewoon zag lopen!
Logisch dat hij zo aanhankelijk was naar ons, hij voelde zich in de steek gelaten en zocht steun.
Nog een paar maanden later ging het restaurant dicht, en werden wij op de laatste (!!) avond opgebeld dat we Pino konden ophalen.
Ik moet er niet aan denken dat we niet thuis waren geweest, op dat we op vakantie waren…
Na een moeilijke start, waarin hij ziek werd van verdriet omdat zijn vorige mensen weg waren, en ik hem met de hand brokje voor brokje heb moeten voeren, vond hij rust bij ons. Hij leerde knuffelen, durfde te spelen en zorgde voor zijn onbesuisde broertje Pop. Hij en Pop zetten het huis op stelten, voordat Mol erbij kwam. Want zoals ik vorige keer vertelde, mocht er toen niet veel meer, haha!
Ze klonken soms als een kudde olifanten, die twee. Elke dag stoeiden ze samen, gingen samen op stap en sliepen samen op de bank of op bed. Ze gingen op ontdekkingsreis naar leegstaande schuurtjes, renovatiepanden en nog veel meer dat wij (gelukkig!) niet wisten. Anders hadden we geen oog dicht gedaan.
Verliefd
Wij hebben gelukkig nog jaren mogen genieten van een geweldige, slimme, zachtaardige, levenswijze rode kater. De ultieme rode kater.
Zo’n kat heet geen Pino. Zo’n kat heet Grote Beer.
Onze Grote Beer.
Ik ben benieuwd naar de verhalen van anderen, hoe je voor het eerst “verliefd” werd op een kat. En of je katten altijd al leuk vond, of juist niet.
Mevrouw Kever
Lieve Mevr Super Pepeoom Kever +. Wat een mooi en bijzonder verhaal. Het is waar katten kiezen hun mensen uit. Hier is mijn vjouwtje altijd omringd geweest door katten. Haar Opa en Oma Tantecen haar ouders hadden altijd katten dus wij weten niet beter . Ons vjouwtje is een paar keer meegeweest naar een asiel en dat vond ze vreselijk. Want zegt ze kies er maar 1 uit . Alle katten wilde ze mee nemen dus op het moment dat ze op zich zelf ging wonen een raskat wilde die hebben natuurlijk een prijskaartje en dan kijk je toch meer gericht. Mijn keuze viel destijds na wat onderzoek op een Brits korthaar. Qua karakter en verzorging was dit de keus. Helaas werd dit een drama. Ik had de zogenaamde whiskas kitten maar helaas werd Smokie na 2 weken ziek en op de leeftijd van 21 weken moest ik hem in laten slapen. Van de fokker mocht ik een vervangend kitten en dat werd Simba . Simba was een heerlijk dik kitten en helaas werd ook hij ziek en werd bij de dierenarts natte fip geconstateerd en sectie bleek inderdaad fip. Het vermoeden bestaat dat Smokie overleden is aan droge fip. Het contact met de fokker werd helaas niet vriendelijk en uiteindelijk veel kosten gemaakt en geen kittens. Langere tijd wilde ik geen katten meer het verdriet was enorm. Tot ik in 2006 een advertentie zag van Brits korthaar kittens niet ver bij mij vandaan. Contact opgenomen en daar werd mij verteld de Brits korthaar kittens waren allemaal besproken maar er was wel een nestje selkirk rex kittens. Het ras was mij onbekend maar ik besloot toch een kijkje te gaan nemen, en daar zat een blauw wit kitten met koper kleurige ogen. Het kitten keek mij aan en ik was verliefd. Dus Zazu werd mijn nieuwe liefde. En door hem is het begin van de cattery ontstaan. Raskat of niet hier houden wij enorm veel van katten en we hebben buiten onze rexen enorm veel liefde gehad van Mika en hier loopt Perle ook rond. Een huiskat die buiten werd gevonden en doordat er op een kattenshow een opvang was toegestaan met asielkatten die een gouden mandje zochten de keuze met Perle gemaakt. Ze is zwart tortie en mist een stuk staart. En waar alle 5 van de 6 katten massaal aandacht kregen was er geen belangstelling voor Perle. Ed wilde haar toch ontmoeten en op het moment dat ze werd opgepakt gooide ze al haar charme in de strijd door enorm te spinnen en kopjes te geven. Missie van Perle geslaagd. Hier zijn echt alle katten nummer 1 omdat ze allemaal op hun eigen manier uniek en gelijkwaardig zijn. Dat maakt ze mooi lief ondeugend verwend en onweerstaanbaar. Pino Grote Beer heeft het goed aangevoeld en wat mooi dat hij bij jullie een prachtig leven heeft gehad.
Lieve mevrouw Pepekind Faalentino en familie😉,
Dank je wel voor je lieve reactie!
Wat een verdrietig begin, van Smokie en Simba. Ik kan me voorstellen dat je dan een tijd niet meer aan katten durft te denken. Twee keer zo’n ellendig einde gaat je niet in de koude kleren zitten.
Wat een mooi toeval dat je toen Zazu leerde kennen, terwijl je eigenlijk voor een andere kat kwam! En dat zo de cattery is begonnen, en jullie nou omringd zijn door katten. Heerlijk lijkt me dat.
Het is ook geweldig om katten een goede start te geven, een basisveiligheid en het vertrouwen dat ze er mogen zijn. Ik heb hier gemerkt dat de katten die een slecht begin hebben gehad dat altijd met zich mee blijven dragen. Ze blijven hij hele leven sneller bang, en houden altijd het idee dat alles elk moment fout kan gaan. Dat heb ik vooral bij Beer en Bolle gemerkt.
Bij jullie krijgen ze alle liefde en alle zorgen die ze nodig hebben, en nog meer!
En wat een lief verhaal van Perle… wat fijn dat ze bij jullie is komen wonen en zo toch nog nummer 1 werd, tussen alle andere nummer 1. Ja, zo is het – elke kat is bijzonder en uniek en heeft iets dat andere katten niet hebben.
De eerste keer dat ik had bedacht dat ik Pino Grote Beer wilde noemen zat hij bij ons in de tuin met Pop. Hij keek naar iets, ik zei “Grote Beer?” Pop bleef naar een vogeltje zitten kijken, Beer draaide zich om met een blik van “Ja?” Het was zijn naam, en hij was het er helemaal mee eens!
Veel liefs voor jullie allemaal,
Mevrouw Kever-en-alle-anderen.
Hoi Mevrouw Kever,
Wat een bijzonder mooi verhaal, en zo fijn dat Grote beer bij jullie een fijn huis heeft gekregen.
Voordat ik mijn vriend leerde kennen had ik niet zo veel met katten, was eerder een hondenmens.
Toen ik voor het eerst bij mijn vriend een weekend kwam logeren dacht ik echt dat zijn kat vies, en smerig zou zijn………….geen idee waarom, maar dat was mijn eerste gedachten.
Mijn vriend zei tegen me “denk dat Tommy gelijk wegduikt, want hij houdt niet zo van vreemde mensen”
Kwam binnen en keek heel even naar hem, en wat vond ik Tommy een prachtige mooie katerman, heb hem verder met rust gelaten.
Hij dook niet voor me weg, was zelfs nieuwsgierig en een vriendschap was geboren tussen ons.
Een heerlijk lief kereltje dat nu alweer 12 jaar is, en hopelijk nog lang bij ons blijft.
Op de (zorg)boerderij kwam ik 2 jaar geleden terecht voor dagbesteding, daar liepen 3 katten.
Fleurtje een lapjes kat zeg maar, Tombo een grijze katerman en Doerak een zwart witte katerman.
De meeste deelnemers vertelde me dat Doerak altijd aan het vechten was en ook vaak beet, niet te aaien.
Weet nog dat ik dacht: “ach we gaan het meemaken”
Ben maanden bezig geweest om Doerak redelijk tam te krijgen, hij kwam uiteindelijk zelfs op schoot liggen en liet zich aaien.
Wat was ik trots dat ik Doerak zover had gekregen, dat hij begreep dat mensen best aardig konden zijn.
Doerak moest helaas verhuizen omdat hij teveel vocht met Tombo de grijze katerman, die uit angst niks meer at en dronk.
Gelukkig heeft hij een perfect plekje voor hem alleen gevonden.
Tombo was een allemans vriendje, en hield van knufffelen/knuffelen en nog eens knuffelen,,,,,,wij waren echte vriendjes en zochten elkaar altijd op als ik op de (zorg)boerderij was.
Helaas bleek Tombo ziek te zijn en moet hij worden ingeslapen, wat een verdriet heb ik daarvan gehad, en nog.
Nu is alleen Fleurtje er nog, en ze is behoorlijk aanhankelijk naar mij toe, ze loopt me overal achterna en probeert altijd snoepjes te scoren.
Op schoot liggen doet ze niet, dat is te eng, maar aangehaald worden en kusjes krijgen vind ze heerlijk.
Iedere kat is speciaal en mooi op zijn of haar manier, en wat een liefde kan je krijgen van zo’n prachtig mooi dier.
Lieve mevrouw Tommy/Tombo/Fleurtje/Doerak,
Dank je wel voor je reactie!
Grappig dat jij hetzelfde had als ik, toen je nog geen katten kende. Ik heb mezelf vaak afgevraagd waar ik nou het idee vandaan had dat katten zo eng en inderdaad viezig zou zijn. Ik zou het niet weten. Ik ben als kind opgegroeid met een hond, dus het is niet zo dat ik bang was voor dieren. Maar ik vond katten onberekenbaar. Dacht ik.
Totdat ik Beer dus voor het eerst zag.
Ik denk dat Tommy het juist prettig vond dat je hem niet meteen wilde aaien en hem met rust liet. Het is veel beter om een kat op die manier te benaderen, en uit zichzelf naar je toe te laten komen. Dat hij daarom ook nieuwsgierig was, omdat jij merkte dat jij hem respecteert.
En wat geweldig van Doerak! Prachtig dat hij zo ontdooide, en je durfde te vertrouwen.
Gelukkig maar dat hij een huis voor zichzelf heeft gevonden, want het klinkt alsof het heel zwaar was voor die arme Tombo. Vreselijk als een kat zó bang is. Tombo zal vast opgebloeid zijn zonder Doerak, en genoten hebben van alle knuffels. Ik kan me heel goed voorstellen dat je hem nog steeds mist.
Lief dat Fleurtje je altijd achterna loopt, en dat ze zelfs kusjes wil!
Ja, het is precies zoals je zegt, iedere kat is speciaal op zijn of haar eigen manier. En als je ze ziet voor wie ze zijn gaat er een wereld van kattenliefde voor je open, weten jij en ik nu!
Veel liefs, ook voor Tommy,
Mevrouw Kever.
Hoi Mevrouw kever,
Ben zelf ook opgegroeid met een hond, en mijn moeder zei altijd dat ik allergisch was voor katten.
Totdat ik Tommy dus leerde kennen, en nergens last van bleek te hebben.
Een test later bleek ik helemaal niet allergisch voor katten te zijn, maar wel smoorverliefd op katten.
Tombo leefde inderdaad heel erg op, alleen at en dronk hij weinig, en daar maakte ik mij wel zorgen over.
De rest weet je helaas, dat hij is overleden.
Ben er van overtuigd dat een kat/poes jou uitkiest als personeel of maatje, die ervaring heb ik met Tombo en Doerak wel gehad.
En ben blij dat ze mij gekozen hebben, had ze voor geen goud willen missen.
Fleurtje zit nu ook diep in mijn hart, een lief soms ietwat bangige dametje maar spinnen dat ze kan.
Groetjes van Annelieke (deeltijd vrouwtje van Tommy!)
Lieve Annelieke,
Het kán zijn dat je als kind allergisch was voor katten.
Dat was bij mij het geval. En niet zo’n beetje ook. En dat is tot rond mijn dertigste zo gebleven. En toen kwam Pop bij ons, en bleek het gelukkig toch goed te gaan. Met wat medicijnen, maar dat had vroeger nooit gekund.
Katten kiezen inderdaad hun eigen mensen en huis uit, en als ze eenmaal gekozen hebben heeft het weinig zin je daar tegen te verzetten, haha!
Gelukkig maar dat Tombo toch nog rust heeft gekregen. Je moet er niet aan denken dat hij ziek was geweest en steeds had moeten vechten.
Ik hoop dat je nog lang kunt genieten van Tommy, en van Fleurtje. En van de herinnering aan Doerak en Tombo.
Liefs en een knuffel voor Tommy,
Mevrouw Kever.
Hoi mevrouw Kever,
Wat een prachtig verhaal met een
happy end!!!! ❤️❤️❤️❤️
Ik vind alle dieren leuk!!! Toen ik nog thuis woonde hebben we altijd honden gehad maar ook vogels, konijnen, hamsters etc.
Mijn moeder vond katten griezelig 😁 vandaar dus nooit een kat thuis gehad.
Maar toen ik op me zelf ging wonen, met een konijn, mistte ik toch wat.
Een hond op een flat en mijn 36 urige werkweek was geen optie dus op naar het asiel.
Op slag werd ik verliefd op een klein kitten dat met gespreide pootjes tegen de tralies hing. Heb hem, Bo, dus ook mee genomen!!!! Op naar mijn ouders want ik moest ook nog spullen gaan kopen, ik had niets!!!! En wie nam Bo onder haar hoede……mijn moeder🤣
Zelfs tien ik met Kerst tot 19 uur moest werken kwam ik op de flat en was er geen Bo……lag een briefje in de keuken van mijn moeder dat ze Bo gehaald want dan was hij niet alleen en kon ik rustig aan doen voor ik naar hun kwam.
Ik nam hem ook zelf altijd mee in de auto, dan zat hij op mijn schouders en genoot van het ritje!!!
Bo heeft alle katten erna onder zijn hoede genomen. Ik heb hem ook nog nooit boos gezien!!!! Hij was echt mijn beste maatje!!! Een kat als Bo heb ik ook nooit meer gehad!!!!!
Ik heb 20 jaar van hem mogen genieten!!❤️❤️
Dikke knuffel van ons allemaal
😽😽😽😽😽😽🐔🐔😘
Lieve Ceciel,
Dank je wel voor je reactie!
Grappig toch, dat zoveel mensen katten griezelig vinden als ze ze niet kennen! Ik ben thuis ook opgegroeid met een hond, konijnen, hamsters, vissen en weet ik wat. Maar katten leken me echt helemaal niks.
Zoals jij Bo in huis haalde, zo was dat bij ons met Pop. Alles moest er nog komen, van brokjes tot bakjes enzovoorts.
Bo klinkt als een heerlijke kat! Wat geweldig dat hij met je mee ging in de auto, op je schouders. En dat je moeder hem gewoon mee kon nemen.
Wat een lieverd, dat hij andere katten onder zijn hoede nam en nooit boos werd. Echt een lieve zorgzame kater. Logisch dat je moeder op slag van mening was veranderd over katten 😸 en logisch dat hij je beste maatje was. Jullie waren echt een geweldig team samen.
Wat een fantastische twintig jaar zul je hebben gehad met Bo. En hij met jou!
De “eerste liefde” blijft toch bijzonder, vind ik zelf. En het moment dat je naar een kat kijkt en meteen weet “Jij bent het!” is elke keer weer een belevenis.
Juist omdat elke kat anders is, en een eigen persoonlijkheid heeft. Dat maakt het gemis ook zo groot. Maar de vreugde van het samenleven ook!
Dikke knuffel terug voor jullie allemaal!
Mevrouw Kever.
Lieve mevrouw kever
Wat een hartverwarmend verhaal over Pino, die grote Beer werd. ❤
Van tuin-maatje tot geliefd huismaatje, vriend en levensgezel van Pop en Mol.
Mijn allereerste kat sprong letterlijk mijn leven in.
Op een zondag zou ik bij mijn broer gaan eten. Ik belde aan. Bij het opendoen zei hij meteen: ”ik heb een kat voor je”. ”Neeee”, antwoordde ik, ”ik ben geen katten-mens”.
“Kom nou maar mee, Hij is aan komen lopen. Het is een lieverd. Zit al dagenlang op ons plaatsje. Wordt bij Amivedi wel gemeld als gevonden maar door niemand gemist.”
Broer schudde met een pak kattenbrokjes (alá reclame van vroeger) en ja, hoor op de schutting zat een poes. Die meteen op de brokjes afkwam.
”Ohhh maar dat is Siep”, was het eerste wat ik uitriep.
Mijn broer verbaasd, Siep?
Ja dat is Siep.
Siep sprong in mijn hart en is er nooit meer uit gesprongen. ❤ Hij ging met mij mee naar huis (compleet met gekregen brokjes, geleende reismand etc.) waar hij een jaar of 5 met mij heeft gewoond en helaas op nog jonge leeftijd een nier tumor kreeg en een ster werd. ❤
Lieve Maria,
Dank je wel voor je reactie!
Prachtig hoe je Siep ontmoette. Echt liefde op het eerste gezicht. En dat voor iemand die geen kattenmens was 😉
Dat had ik bij Beer – dat ik meteen wist dat hij bij mij hoorde. Terwijl er veel meer katten rond liepen in de tuinen. Maar Beer ZAG ik voor het eerst echt.
En dat Siep meteen mee kon naar huis, met geleende spullen; heerlijk. Zodat er van hem gehouden werd, wat hij natuurlijk ook waard was. Wat elke kat verdient, maar helaas niet altijd krijgt.
Het blijft toch vreemd, vind ik, dat een kat voor de één maar “gewoon een kat” is, bijna een gebruiksvoorwerp, en voor de ander een heel speciaal iemand. Gelukkig maar dat Siep niet gezocht werd, en zo bij jou die speciale iemand kon worden die hij was.
Ik heb me altijd verbaasd over de slordigheid waarmee de mensen van Beer met hem om gingen. Maar ik ben altijd blij en opgelucht geweest dat hij zijn laatste jaren bij ons heeft doorgebracht. Met medische zorg, rust en veel liefde.
En datzelfde geldt voor Snoet, denk ik. Juist in hun laatste jaren, of met ziekte, is het zo belangrijk dat een kat liefde en zorg krijgt. Dus gelukkig maar dat Snoet en Beer goed terecht zijn gekomen♥️
Veel liefs,
Mevrouw Kever.
Oh die poezen namen he? Siep was niet Snoet hoor. Snoet (🌟) was de vriend en beschermer van prrrprrr muppet. Siep was Siep. ❤️
Hè…. Sorry! Hoe kom ik daar nou bij? Natuurlijk bedoelde ik Siep!
Ik weet dat Muppet en Snoet samen kwamen, en dat Snoet de grote vriend van Muppet was.
Het zal wel een of andere associatie zijn geweest, dat ik aan jou denk en dan aan Muppet en dan aan Snoet.
Maar ik begrijp heel goed dat Siep iemand anders was! Zoals je zegt: Siep was Siep.
Namen zijn belangrijk, dus nogmaals sorry!
Lieve mevrouw Kever,
wat een prachtig mooi verhaal van (Pino) Grote Beer. Ach zo hartverwarmend weer. En wat een prachtige foto’s. Ja ik snap volledig dat je zo’n knappe katerman niet kan weerstaan. Wat fijn ook dat hij bij jullie zo’n mooi thuis heeft gevonden. En die prachtige vriendschap met Pop, echt fantastisch. Wat zijn het toch bijzondere wezens, vooral als ze mogen zijn wie ze zijn.
Ik ben zelf altijd een kattenmens geweest. Vraag me niet van wie ik dat heb want mijn vader was een hondenman en mijn moeder had niet zoveel met dieren. Ik denk dus dat ik het echt gewoon van mezelf heb. Als kind vroeg ik bijna jaarlijks voor mijn verjaardag een kat. Mijn vader ging dan op zijn route naar Baarle-Nassau en bracht dan altijd een verrassing mee. Ik kan veel zeggen van mij jeugd maar dit is absoluut het mooiste wat mijn hart kon krijgen. Zonder kat leven was en is dus eigenlijk geen optie!
Toen ik terug verhuisde naar Tilburg en in een echt huis ging wonen belde mijn schoonzusje mij op, zij werkte bij dezelfde instelling als ik. Op haar woongroep waren twee katten maar enkele bewoners bleken super allergisch. Of ik niet een van die twee katten wilde? Ik was toen een korte periode zonder kat mede ivm de verhuizing. Nou dat was niet tegen dovemansoren gezegd dus ben ik gaan kennismaken. Ach zo een lieverd ben ik nog maar zelden tegengekomen. Haar neem was Jamie en ze was een allemansvriendje. Ze hopte in de woongroep s’avonds van schoot naar schoot. Ik was op slag verliefd en iedereen was blij met de match. Jamie ook want die zat gelijk op schoot. Samen met twee bewoonsters is mijn schoonzus Jamie komen brengen en de rest van de dag en avond hebben we samen in de bank doorgebracht. Jamie was toen vijf en is uiteindelijk op 1 week na, twintig jaar geworden. Het was een lieverd en we hebben samen van alles meegemaakt. Ze zit nog altijd heel diep in mijn hart ook al is ze al jaren over de Reegeboogbrug. Jamie was een cypers poesje, ze had zo een zusje van Oopa Floris kunnen zijn. In haar laatste jaren was ze ook lichtelijk dement en doof maar ze is altijd mijn lieve, zachtaardige poezemeisje gebleven.
Fijn om middels dit verhaal Jamie een keer in het zonnetje te kunnen zetten. Ik vergeet haar nooit….
Liefs mevrouw Loes
Lieve mevrouw Loes,
Dank je wel voor je reactie!
Ja, Beer was een geweldige katerman. Echt zo’n wijze oude kater. Die gelukkig door Pop ook weer kattenkwaad uit kon halen en weer kon spelen en stoeien. Zijn vriendschap met Pop was prachtig. Beer liet Pop altijd in de waan dat Pop alles beter kon. Pop mocht alles van hem, of het nou was dat hij hem zijn eten op liet eten of dat Pop over hem heen ging liggen bij het slapen. Als ik daar iets van zei tegen Pop knipperde Beer altijd met zijn ogen naar mij, zo van “Laat hem nou maar”…♥️
Dus jij bent van kleinsaf aan al een poezenmens geweest? Als kind is het zó fantastisch om dieren in je leven te hebben, of dat nou poezen of honden zijn. Dat gun ik elk kind.
En wat klinkt Jamie als een lieve schat. Gelukkig dat ze naar jou toe kon komen, en niet naar het asiel hoefde. Ja, je eerste echte liefde blijft je altijd bij. Ook al zijn andere liefdes niet meer of minder, maar er is maar één eerste keer dat je voor een kat “valt”.
Ik zie jou en Jamie helemawl voor me, die eerste dag en avond op de bank!
Sommige katten hebben dat, dat lieve en zachtaardige en knuffelige. Zonder enige agressie of enige angst.
Wat een leeftijd heeft ze mogen bereiken. En logisch dat ze nog steeds heel diep in je hart zit, na al die jaren samen zijn vol liefde.
Dank je wel voor dit mooie monumentje voor je lieve Jamie!
Veel liefs,
Mevrouw Kever.
Ooit werd ik verliefd op een jongen met 2 katten, na een paar maanden trok ik bij hem in. Cheeta, 1 van de katten, kroop van zijn benen naar mijn benen, we waren een match. Na wat jaren kregen hij en ik ruzie, en de katten kozen partij. Panta koos voor hem, Cheeta koos voor mij, ze konden niet meer samen. De afspraak was dat zodra ik een plek voor ons gevonden had, ik Cheeta zou komen ophalen. Tussendoor ben ik weleens op bezoek geweest voor haar en dat was de enige keer dat ze naar me gromde. Ze had voor mij gevochten, en was niet bij mij… Op 18 januari 2001 had ik de plek gevonden en werd ze gebracht. Cheeta werd Tjieta, we waren weer samen. Een van de mooiste momenten uit mijn leven. Ze keek om haar heen, zag mij, ging in een rolletje liggen en alles was goed. Na wat omzwervingen vond ik een huis wat perfect voor haar en mij was. We hebben hier jaren samen tevreden gewoond. Ook toen Tjieta suikerziekte kreeg en we gebonden waren aan tijden: geen probleem, we pasten ons allebei aan. Tjieta was (en is) een grote liefde. op 20-04-2013 moest ik haar laten gaan. Ze werd op 7 weken na 21 jaar. Mijn alles ❤️⭐ Als ode aan Tjieta beginnen alle namen van mijn katten met Tj ❤️
Lieve MM,
Dank je wel voor je reactie!
Wat een prachtig liefdesverhaal van jou en Tjieta. Zoals ze jou koos, en alleen nog maar bij jou wilde zijn. En dat jullie samen zijn gekomen, en gebleven. Jullie hoorden bij elkaar. En wat bijzonder dat Tjieta en Panta ineens ruzie kregen.
Dat doet me er aan denken dat onze Molly één bioloogische broer had. Hij op het “oude adres” is blijven wonen, toen Mol naar ons toe kwam. Mol en haar broer waren dol op elkaar. Totdat Mol bij ons kwam. Als haar broer bij ons in de tuin kwam joeg ze hem weg. Hij kwam heel af en toe, en ze tolereerde hem dan. Maar ze had voor ons gekozen, en Pop en Beer waren nu haar broers.
Ik geloof er echt in dat je soms voor elkaar bestemd bent, of dat nou twee mensen zijn, of een kat en een mens of twee katten. Dat je elkaar meteen herkent als je elkaar ziet, ook al heb je elkaar nooit eerder gezien.
En wat een gemis, als je kat dan komt te overlijden.
Maar aan de andere kant is het een ook geweldig iets om mee te maken, zo’n band.
Mooi dat alle katten nu met een Tj beginnen, als ode aan Tjieta.
Dank je wel voor je mooie verhaal over Tjieta.
Veel liefs,
Mevrouw Kever.
Hallo Mevrouw Kever, zolang ik me herinner houd ik van poezen. Waarschijnlijk heb ik het van mijn moeder. Altijd poezen gehad, de eerste poes die bij me kwam wonen toen ik op mezelf woonde was Annette. Een zwart-witje met een nare achtergrond. Tegen iedereen gemeen behalve tegen mij. En vreselijk slim Woonde toen samen, maar vriendje en Annette dat ging niet. Dus verhuisd. Kwam wat later Bas bij, via een allergische schoonzus. Bas werd 20. Annettje 15. Nadat Bas overleed wilde ik geen poezen meer maar daar kwam natuurlijk niets van.
Grote Beer is een mooierd. En zo’n vastberaden uitstraling. Ik verbaas me er mijn hele leven al over
dat poezen zo goed weten wat ze willen.
Knuffels voor Kever. Ook groetjes van Sam.
Kim
Hoi lieve Kim,
Dank je wel voor je reactie!
Wat heeft Annette met jou geboft, en jij met haar. Ik vind dat altijd prachtig, katten die maar van één of twee mensen houden. En geweldig dat jij verhuisd bent vanwege haar. Ik word er altijd moedeloos van als mensen hun kat zomaar inruilen vanwege een partner of een kind. Alsof een kat maar een tijdelijk iets is, en niet een levend wezen.
Gelukkig maar dat je na Bas en Annette toch weer andere huisgenoten hebt gekregen 😉 Ook al begrijp ik helaas heel goed dat het verdriet als iemand komt te overlijden een klap is.
Grote Beer was prachtig, en hij had het woord vastberaden uitgevonden, haha! Op een hele beschaafde manier. Het is nooit gelukt om hem te borstelen, terwijl dat wel nodig was. Zodra hij iets zag dat op een kam of een borstel leek verstopte hij zich. Als ik hem dan zag knipperde hij me vriendelijk toe, zo van “Ik zit hier prima, en ik wil niet gekamd worden, dat je het maar weet”. Heerlijk.
Knuffels terug van Kever, ook voor Sam, en liefs voor jou,
Mevrouw Kever.
Hallo mevrouw Kever,
Nog even een late en wat kortere reactie van mij. Wat een lief verhaal over Grote Beer. En wat verdrietig dat hij bij zijn vorige mensen niet meer naar binnen mocht. Dat arme beest ! Maar hij heeft er gelukkig een geweldig huis voor terug gekregen.
Mijn hele leven heb ik al van dieren gehouden. Als klein kind speelde ik het liefst met knuffeldieren en pas later kwamen de poppen. Toen ik zo’n jaar of veertien was heb ik net zo lang om een konijn gezeurd ( een vriendinnetje had er een ) tot mijn ouders toegaven. Het was mijn eerste echte dier en wat was ik blij met hem. Het was een schat en hij is ruim 10 jaar geworden.
Daarna heb ik een kanarie genomen. Nooit geweten dat zo’n vogel ook zo aan je hecht . Wat was het beestje blij wanneer ik na een dag werken weer thuis kwam. Hij mocht dan altijd een poosje door de kamer vliegen en ging dan vanzelf zijn kooi weer in. En natuurlijk kon hij prachtig zingen.
Toen ik geen dieren meer had, zag ik in het huis-aan-huisblad een foto van een asielkat staan die al 9 was. Zijn baas was overleden en hij was heel bang en hij zat al zo lang in het asiel. Dat verhaal greep me aan en ik besloot hem te nemen. Ik had nog nooit eerder een kat gehad, maar ik schafte allerlei kattenboeken aan om hem een goed huis te kunnen bieden. En zo kwam Dikkie in mijn leven. Over hem heb ik al eerder verteld. En sinds die tijd ben ik helemaal dol op katten en kan ik ze echt niet meer missen.
Groetjes van Marjoke en kopjes van Cindel, Fenneke, Jillie en Ivar.
Lieve Marjoke,
Dank je wel voor je reactie, laat of niet 😉
Ja, dat Beer niet meer naar binnen mocht heb ik altijd onbegrijpelijk gevonden. Dat snapte hij natuurlijk totaal niet. Ze zijn zo onachtzaam met hem omgegaan, terwijl hij zóveel om ze gaf. Vreselijk.
Wat leuk dat je altijd zo van dieren hebt gehouden. En je eerste “eigen” dier is zo’n belevenis, dat kan ik me ook nog herinneren. Volgens mij willen alle kinderen een huisdier, en ik zou ze dat ook zo gunnen. Het is geweldig om iemand te hebben die er altijd voor je is, en het is goed om voor een dier te leren zorgen.
Vogels vind ik ook geweldig, en ze zijn volgens mij veel slimmer dan vaak gedacht wordt.
Dikkie was vast heel blij met zijn eigen huis en mens, nadat hij zoveel pech en verdriet in zijn leven had gehad.
Wij zijn ook begonnen met het lezen van allemaal boeken, toen Pop hier kwam. Ik wist veel van honden, maar niks van katten. En katten zijn zeker geen kleine honden, maar echt hele andere dieren.
Ik snap helemaal dat je sinds Dikkie dol bent op katten. Katten zijn perfect.
Veel liefs voor jou en voor Cindel, Fenneke, Jillie en Ivar,
Mevrouw Kever.
Hoi mevrouw Kever. Wat een leuk, lief verhaal over Grote Beer. Ik heb altijd katten in mijn leven gehad. Sterker nog, Moortje woonde al bij mijn ouders voor dat ik er was. Dat alle katten in mijn leven met een M beginnen is trouwens toeval. Of zou Moortje daar iets mee te maken hebben gehad, dat die vanaf de regenboog brug dat zo regiseerde? Groetjes Miranda en een knuffel voor Keefski.
Lieve mevrouw M 😉,
Dank je wel voor je reactie!
Wat heerlijk om met katten te zijn opgegroeid! Volgens mij gaan katten en kinderen prima samen, als je daar de tijd voor neemt om ze aan elkaar te laten wennen.
En wie weet wat Moortje allemaal regelt, daar vanaf de brug…
Knuffel voor Minski terug, ook van Keef zelf natuurlijk, en veel liefs voor jou!
Mevrouw Kever